De toekomstige habitat van mycorrhizale schimmels zoals deze gordijnzwam komt niet per se overeen met mogelijke vestigingsplaatsen van bomen.

Het verspreidingsgebied van bomen en hun symbiotische schimmels overlapt steeds minder.

Door klimaatopwarming ontstaat een mismatch tussen bomen en hun symbiotische schimmels. Noord-Amerikaanse bomen kunnen daardoor niet makkelijk migreren naar andere habitats. De plekken die onder nieuwe klimaatomstandigheden geschikt zijn voor bomen, zijn dat niet per se voor hun schimmels. Dat berekenen Amerikaanse biologen 27 mei in PNAS.

Op basis van monitoringsdata en historische weergegevens bouwen de Amerikanen modellen die de klimaatniche van vijftig boomsoorten en vierhonderd mycorrhizale schimmels in Noord-Amerika beschrijven. Vervolgens berekenen ze met die modellen welke habitats onder voorspelde klimaatopwarming geschikt zijn voor bomen en schimmels. Vooral voor noordelijke bomen neemt de overlap tussen mogelijke vestigingsplaatsen van bomen en schimmels af, voorspellen de onderzoekers.

Migratiemogelijkheden
Voor 35 procent van de boom-schimmelpartnerschappen zal klimaatopwarming om die reden negatief uitpakken. Sommige boomsoorten hebben er juist baat bij; de Amerikaanse populier, Amerikaanse witte eik, Amerikaanse haagbeuk en Amerikaanse beuk zien de overlap met potentiële mycorrhizale schimmels juist toenemen in hun toekomstige verspreidingsgebied. Vooral voor naaldbomen slinkt de overlap: tot wel 90 procent voor onder meer de Rocky Mountain-zilverspar, draaiden, zuidelijke Florida-den en Virginia-den. Als de diversiteit aan schimmels in het huidige habitat klein is, beperkt dat toekomstige migratiemogelijkheden, berekenen de onderzoekers.

De mismatch verklaart mogelijk ook waarom bomen tot nog toe relatief langzaam migreren; andere planten schoven door klimaatopwarming al meer op.