DOOR GERT VAN MAANEN - FOTO: SPENCER C.H. BARRETT, UNIVERSITY OF TORONTO - 17-01-2025 - Botanie
De Kaapse vlinderlelie is een spiegelbeeldbloem met dimorfe enantionstylie, waaraan de onderzoekers werken en die nu het januarinummer van Evolution siert.
Een intrigerende versie van enantiostylie – seksuele asymmetrie in spiegelbeeldbloemen waarbij stijl en meeldraden verschillend afbuigen – is nu gevangen in een evolutiemodel.
Slechts negen dagen voor zijn dood vroeg oerbioloog Charles Darwin in 1882 nog zaden op van stekelnachtschade (Solanum rostratum), omdat hij gefascineerd was in de bijzondere spiegelbeeldvorm van de bloemen. Die staat nu bekend als spiegelbeeldbloemen of enantiostylie: een asymmetrie waarbij de stijl van een bloem naar links of rechts afbuigt terwijl een bijpassende meeldraad juist in tegenovergestelde richting wijst. Plantenonderzoekers Marco Saltini en Eva Deinum van Wageningen University hebben nu samen met de Canadese evolutiebioloog Spencer Barrett een evolutiemodel ontwikkeld dat laat zien hoe dimorfe enantiostylie – met één stijloriëntatie per plant en beide vormen in een populatie – kan ontstaan uit monomorfe enantiostylie, waarbij iedere plant beide stijloriëntaties kan produceren (januarinummer Evolution). Dit model laat zien dat zo’n dimorfisme uit een voorouderlijke monomorfe populatie kan evolueren door aanpassingen die samenhangen met inteelt, bestuiving en plantdichtheid. En onder specifieke omstandigheden is ook terugkeer tot de monomorfe staat mogelijk.
Enantiostylie is een bloempolymorfisme dat voorkomt bij minstens elf niet-nauwverwante families bloemplanten, waaronder nachtschaden (Solanaceae) en moerashyacinten (Pontederiaceae). Het geldt als een functionele aanpassing die kruisbestuiving door insecten bevordert. Net als bij tweehuizige planten is bloemoriëntatie bij dimorfe enantiostylie genetisch bepaald, weet men al 25 jaar dankzij moerasplant H. missouriensis.