Door Gert van Maanen - Beeld: Jorge Blanco, Gabriela Sobral en Ricardo Martínez - 04-09-2021 - Paleobiologie
Het 230 miljoen jaar oude fossiele schedeltje van de lepidosauriër Taytalura alcoberi waaraan de analyses zijn uitgevoerd. Foro: Ricardo Martínez
De Nieuw-Zeelandse brughagedis is niet excentriek. Juist huidige hagedissen en slangen vertonen een schedelbouw die afwijkt van de oervorm.
De oerschedel van hagedissen lijkt sterk op de schedel van de tuatara (Sphenodon punctatus), de enige nog levende soort brughagedis, die meestal als een afwijkend ‘levend fossiel’ wordt gezien. Dit blijkt uit op 26 augustus in Nature gepubliceerde anatomische analyses aan een 231 miljoen jaar oude schedel van een lepidosauriër, een vertegenwoordiger van de reptielengroep waaruit zowel hagedissen en slangen (Squamata) als brughagedissen (Sphenodontia) zijn voortgekomen. Het goed bewaarde, 4 centimeter grote schedeltje met onderkaken uit Trias-afzettingen in Argentinië biedt een zeldzaam inkijkje in de vroege evolutie van geschubde reptielen.
Reconstructie van de oerhagedis Taytalura alcoberi. Beeld: Jorge Blanco
De schedelarchitectuur van de oerhagedis, door de onderzoekers Taytalura alcoberi gedoopt, is in grote lijnen gelijk aan die van de tuatara. Slechts één botonderdeel – het os spleniale in de onderkaak – is niet terug te vinden in de moderne brughagedis. Dit suggereert dat veel anatomische kenmerken waarvan werd aangenomen dat ze exclusief zijn voor de Sphenodontia, in werkelijkheid al vroeg in de evolutie van hagedissen zijn ontstaan. Juist de schedelbouw van de huidige hagedissen en slangen wijkt sterk af van de oervorm. In zekere zin bevestigt dit de status van ‘levend fossiel’ van de Nieuw-Zeelandse brughagedis: als ‘primitieve’ huidige vertegenwoordiger van álle hagedisachtigen.
Anatomische reconstructies uitgevoerd aan de schedel van de lepidosauriër Taytalura alcoberi. Beeld: Jorge Blanco, Gabriela Sobral en Ricardo Martínez