Foto: Jp Valery on Unsplash

Een overkoepelende review belicht de huidige inzichten in het verband tussen microbiële disbalans in de darm en diverse slaapstoornissen.

In een grootschalige review, die op 4 november verscheen in Brain Medicine, bundelt een Chinees onderzoeksteam de huidige kennis over de complexe relatie tussen darmbacteriën en slaap. ‘De auteurs hebben veel onderzoeken samengebracht in een degelijk en goed leesbaar overzicht, maar echt nieuwe inzichten levert het niet op’, oordeelt UMC Groningen-onderzoeker en psychiater Benno Haarman.

De menselijke darm herbergt triljoenen micro-organismen die via meerdere routes communiceren met het centrale zenuwstelsel. ‘Dat mensen met slaapaandoeningen vaak een andere samenstelling van darmbacteriën hebben, en dat bepaalde bacteriële stoffen – zoals korte-ketenvetzuren en galzuren – invloed kunnen hebben op slaap en stemming, weten we inmiddels uit meerdere onderzoeken’, vertelt Haarman. Uit de review blijkt dat patiënten met chronische slapeloosheid bijvoorbeeld een verminderde microbiële diversiteit en een afwijkende hoeveelheid van specifieke bacteriële families vertonen in vergelijking met controlegroepen. Soortgelijke patronen zijn terug te zien bij slaapapneu, waarbij een verlaagde concentratie nuttige bacteriën in de darm correleert met de ernst van de aandoening. Volgens meerdere onderzoeken bieden korte-ketenvetzuren – verbindingen die ontstaan door bacteriële fermentatie van voedingsvezels – beschermende effecten tegen slaapverstoring. Verhoogde concentraties galzuren, een andere klasse microbiële metabolieten, gaan daarentegen juist gepaard met chronische slapeloosheid.


Vicieuze cirkels
Stuk voor stuk verbanden waarover wetenschappers volgens Haarman al eerder verslag uitbrachten, maar waarvan nog onbekend is in welke richting het effect werkt. De reviewauteurs wijzen erop dat disbalans van het darmmicrobioom mogelijk zowel het gevolg is van als bijdraagt aan slaapverstoringen, waardoor potentiële vicieuze cirkels kunnen ontstaan die gezondheidsproblemen en slaapgebrek in stand houden. ‘Het lijkt eerder een vicieuze cirkel dan een eenduidige oorzaak-gevolgrelatie’, stemt Haarman in. Hij vult aan: ‘Causaal bewijs bij mensen is nog beperkt. Enkele kleine studies laten zien dat inname van levende nuttige bacteriën of bacteriële stoffen de slaapkwaliteit iets kan verbeteren, maar de effecten zijn klein en niet voor alle individuen gelijk.’
Disbalans van het darmmicrobioom houdt mogelijk het slaapgebrek in stand
Therapeutische strategieën die de microbiële balans proberen te herstellen laten volgens de review desondanks veelbelovende resultaten zien. Hoewel er nog geen studies zijn die verschillende microbiotagerichte therapieën succesvol met elkaar hebben vergeleken, suggereert het bestaande bewijs dat elke aanpak – van probiotica-inname tot ingrijpende fecale microbiotatransplantatie – specifieke voordelen biedt voor het verbeteren van slaapkwaliteit. Hoewel de auteurs benadrukken dat er meer vergelijkend onderzoek nodig is naar dergelijke behandelingen, biedt het volgens hen perspectief voor gepersonaliseerde behandeling van slaapstoornissen. De review sluit af met een systematisch raamwerk voor toekomstig onderzoek, met klinische toepassingen als einddoel. De oproep tot vervolgonderzoek vindt Haarman terecht. De volgende stap ligt volgens hem bij goed gecontroleerde studies waarbij onderzoekers individuen over een langere periode herhaaldelijk volgen. ‘Dat kan uitwijzen wat oorzaak en wat gevolg is. Pas als we de richting van de effecten echt begrijpen, kunnen we nadenken over microbioomgerichte behandelingen voor slaapstoornissen.’