DOOR STEIJN VAN SCHIE - FOTO: ANDY SANDS / NATUREPL / NATURE IN STOCK - 29-03-2024 - Entomologie
Poecilochirus carabi-mijten bezetten de borstkas van doodgravers.
Op doodgravers leven mijtensoorten strikt gescheiden: de een klampt zich vast aan haartjes, terwijl de ander de borstkast bezet. Zo zitten ze elkaar niet in de weg.
Hoewel twee verschillende mijtensoorten op dezelfde kever leven, houden ze hun leefgebied strikt gescheiden. Terwijl de relatief grote Poecilochirus carabi zich met zelfklevende kussentjes verankert aan met name de borstkas van gewone doodgravers (Nicrophorus vespilloides), klampt de kleinere Macrocheles nataliae zich met gespecialiseerde kaken vast aan haartjes op de keverbuik. Door deze strikte nichescheiding, voorkomen ze onderlinge competitie. Dat concluderen Britse biologen 20 maart in Proceedings of the Royal Society B op basis van veldobservaties en experimenten.
KARKASSEN
Zowel gewone doodgravers als allerhande mijten zijn voor hun voortplanting afhankelijk van de karkassen van dieren, waar de jonge nakomelingen zich gretig aan tegoed doen. Maar om zich tussen verschillende dierenlijken te verplaatsen, kunnen de mijten niet zonder de doodgravers, waar ze zich stevig aan vastklampen. Met veertien mogelijke mijtsoorten is die ruimte wel beperkt.
De twee meest voorkomende soorten in het Engelse Cambridgeshire lossen dat op door zich sterk te specialiseren, blijkt nu uit een combinatie van veldobersvaties en experimenten. Daarbij hebben ze een sterke voorkeur voor een specifieke plek op het keverlichaam. Mijten die op hun voorkeursplek zitten blijken bovendien veel moeilijker te verwijderen, tonen krachtmetingen.
Zie ook:
Burying beetles: could being a good father send you to an early grave? - (Website, Cambridge University, 22 september 2015)