DOOR GERT VAN MAANEN EN STEIJN VAN SCHIE - FOTO: ROB VISSER PHOTOGRAPHY / SNBL NATUURFONDS - 19-09-2025 - Biologie

Collage bomen in Nederlandse landschappen. Foto's: Rob Visser Photography / SNBL Natuurfonds
De verkiezing van de Boom van het Jaar staat dit jaar in het teken van het verhaal achter de boom. Bionieuws laat een selectie van de twaalf kandidaten zelf aan het woord.
Bomen staan symbool voor het leven, of meer specifiek voor vruchtbaarheid, regeneratie en het levend houden van herinneringen. De vaste standplaats maakt bomen haast vanzelf tot historische monumenten en stille getuigen van alle veranderingen die zich rondom hen heen voltrekken. Vrijwel alle mensen hebben – bewust of onbewust – wel een band met een boom omdat er kleine of grote verhalen aan verbonden zijn. Nederland telt naar schatting slechts 344 miljoen bomen: zo’n twintig bomen per inwoner, ver onder het wereldgemiddelde van 422 bomen per inwoner (Resource, 2015). Dat maakt onze band met bomen dus persoonlijker.
Tot en met 7 oktober vindt de jaarlijkse verkiezing van de Boom van het Jaar weer plaats, waarbij iedereen kan stemmen op een van de twaalf genomineerde bomen in Nederland: op www.deboomvanhetjaar.nl. De winnende boom wordt afgevaardigd naar de Europese verkiezing Tree of the Year 2025, waarop de Japanse notenboom (Ginkgo biloba) uit de Leidse hortus in 2024 nog een eervolle twaalfde plaats scoorde. Bionieuws maakte een voorselectie van zes bomen en laat die hun verhaal vertellen om een afgewogen keuze mogelijk te maken welke boom Nederland dit jaar afvaardigt.
Trompetboom Oma (Catalpa speciosa) bij de voormalige tuinbouwschool in Frederiksoord
‘Mijn ziel heeft de tijd getrotseerd. Ik sta in het hart van de Engelse tuin tussen sneeuwklokjes, wilde hyacinten, struisvarens en klimop. Men noemt mij statig, groots en charmant. Leerlingen van de tuinbouwschool werd, mede dankzij mij, de eerste plantenkennis bijgebracht, of spraken onder mijn bladerdak hun dromen of liefde uit. In 2004 sloot de Tuinbouwschool haar deuren en viel er een deken van vergetelheid over de tuin. Mijn bast raakte gebarsten, mijn kruin zakte in en nu rust ik grotendeels op de aarde. Maar dankzij de zorgzame handen van vrijwilligers ben ik er nog steeds en glimmen mijn bladeren als smaragd en dansen mijn takken in het zonlicht.’
Grove den (Pinus sylvestris) op het Kootwijkerzand bij Kootwijk
‘Al mijn hele leven wortel ik in het Kootwijkerzand, het grootste stuifzandgebied van WestEuropa. Nu een natuurreservaat van zo’n 700 hectare. In de middeleeuwen werd hier ijzeroer verzameld en verwerkt. Voor de benodigde houtkool zijn toen op grote schaal bomen gekapt, kwam de zandbodem bloot te liggen en begon te verstuiven. Hierdoor verdween het dorp dat hier lag onder het zand en vertrokken alle bewoners. Ik sta hier nu, vrij eenzaam, naast de uitkijktoren, op een open vlakte waar de temperaturen tot wel 60 graden kunnen oplopen en zelfs zomers tot onder het vriespunt kunnen dalen. Mijn levensmoto: diep wortelen doe je op eigen kracht.’
Mammoetboom (Sequoiadendron giganteum) in het Abraham Ledeboerpark in Enschede
‘Mijn leven dank ik aan de Twentse textielindustrie. Abraham Ledeboer van textielfabriek Van Heek & Co liet hier een tuin aanleggen in Engelse stijl. Als ik het me goed herinner ben ik rond 1865 aangeplant, hoewel op mijn naambordje staat dat ik pas 25 jaar later ben geplant en afkomstig ben van zaadjes die de familie Ledeboer meenamen van een reis naar Californië. Met een omtrek van bijna 8,5 meter vinden veel bezoekers me al heel indrukwekkend, maar in Californië leeft nog een soortgenoot die een omtrek heeft van meer dan 31 meter. Die noemen ze General Sherman en daarmee vergeleken ben ik nog maar een iel sprietje.’
Amerikaanse vogelkers (Prunus serotina) op begraafplaats De Nieuwe Ooster in Amsterdam
‘Mijn verwanten werden massaal verdreven, gerooid en verguisd als bospest. Maar ik hield dapper stand en doorstond hier, op begraafplaats De Nieuwe Ooster in Amsterdam, stormen, rouw en talloze seizoenen. Eind 19de eeuw werd ik geplant bij de aanleg van dit dodenpark, ontworpen door de beroemde landschapsarchitect Leonard Springer. Waar sierheesters ooit de kruispunten sierden, groeide ik uit tot de dikste Amerikaanse vogelkers van Nederland. Ik ben een veteraan met sporen van zwam en ouderdom, maar ik leef nog. Mijn aanwezigheid herinnert eraan dat bomen niet alleen bestreden moeten worden, maar gekoesterd als monumenten van schoonheid en tijd.’
Tamme kastanje (Castanea sativa) bij Kasteel Westhove in Oostkapelle
‘Mijn wortels verankeren zich in de rijke aarde van Westhove, waar ooit watergeuzen en Spaanse soldaten elkaar bevochten. Mijn stam draagt de tekenen van stormen en bliksem, maar mijn kruin reikt nog altijd wijd. Ik ben een kastanje van bijna anderhalve eeuw oud, een buitenstaander die Nederland al sinds de Romeinen heeft omarmd. Elke herfst geef ik overvloedig vrucht, alsof ik wil bewijzen dat veerkracht altijd wint. Bezoekers zien in mijn grillige vormen dromerij, maar ik ben bovenal getuige: van oorlog en vrede, van verval en bloei. Mijn kastanjes en bladeren vertellen verhalen van standvastigheid.’
Beuk (Fagus sylvatica) op begraafplaats Groenesteeg in Leiden
‘Ik sta al ruim 160 jaar op Groenesteeg, de historische begraafplaats midden in Leiden. Met een stamomtrek van 7,72 meter ben ik de dikste boom van Zuid-Holland. Mijn oorsprong is bijzonder: een groene beuk als onderstam draagt een bruine beuk als kroon, waardoor kracht en sierlijkheid samenkomen. Ik heb generaties voorbij zien trekken, van rouwende families tot wandelaars die hier stilte zoeken. In de herfst kleur ik diep rood, een teken van vergankelijkheid dat bezoekers vaak raakt. Niet alleen mijn omvang, maar vooral mijn verbondenheid met deze plek maakt mij tot een monument van leven en herinnering.’
De getuigenissen van deze bomen zijn ontleend aan de verhalen op de website deboomvanhetjaar.nl.