De fusie tussen vrouwelijke zeeduivels en de veel kleinere mannetjes tijdens het paren, is mogelijk doordat de diepzeevissen een belangrijke tak van het adaptieve immuunsysteem missen.

Zeeduivels missen de onderdelen van het immuunsysteem die bij vertebraten helpen bij het herkennen van indringers. Dit voorkomt dat het vrouwtje het mannetje afstoot, wanneer hij tijdens het paren met haar fuseert. Dat schrijven Noorse biologen 9 oktober in Biology Letters. Ze vermoeden dat ook andere vinarmigen (Lophiiformes) de pathway van dit zogeheten major histocompatibility complex klasse II (MHC-II) missen, aangezien grofweg de helft van de 321 soorten in deze orde een vergelijkbaar paarritueel heeft.

 

Seksueel parasitisme is de officiële naam voor die opmerkelijke manier van paren: het tot wel tien keer kleinere mannetje van – in dit geval de zeeduivel (Lophius piscatorius) – verankert zich permanent met zijn tanden aan het vrouwtje. Na een aantal dagen zijn ze volledig gefuseerd en delen ze onder andere bloedcirculatie. Het vrouwtje levert nutriënten aan de man en ontvangt als tegenprestatie zijn sperma, een groot goed in de diepzee waarin vinarmigen zich doorgaans bevinden.

 


Zeeduivels hebben seksueel parasitisme omdat ze een deel van het immuunsysteem missen.

 

Om te achterhalen waarom het immuunsysteem van het vrouwtje dit allemaal toelaat, voeren de Noren een uitgebreide genoomanalyse uit. Hieruit blijkt dat L. piscatorius alle genen mist die betrokken zijn bij de MHC-II-pathway, met als logische gevolgtrekking dat de vissen deze tak van het adaptieve immuunsysteem missen. En dat is uitzonderlijk: nagenoeg alle gekaakte vertebraten waarvan het genoom is gesequenst hebben een volledig intact adaptief immuunsysteem.