Door Steijn van Schie - Foto: ImageSelect - 15-02-2020 - Gedragsbiologie
Citrusbomen die lijden aan de gele-drakenziekte zien er lang hetzelfde uit als gezonde bomen. Foto: ImageSelect
De haast bovennatuurlijke krachten van de hondenneus onthullen welke citrusbomen lijden aan de gele-drakenziekte.
Daarvoor getrainde honden kunnen snel en accuraat de desastreuze gele-drakenziekte bij citrusbomen opsporen. In PNAS van 3 februari demonstreren Amerikaanse biologen hoe de honden binnen twee weken na inoculatie van bacteriën van de kandidaatssoort Liberibacter asiaticus ruim 99 procent van de geïnfecteerde bomen correct aanwijzen. Ook leggen de auteurs de gebreken bloot van de momenteel gangbare opsporingsmethoden met PCR-tests: die detecteren twee maanden na inoculatie slechts 3 procent van de zieke bomen, en na zestien maanden ongeveer de helft.
En dat terwijl snelle detectie juist cruciaal is bij deze citrusziekte. Geïnfecteerde bomen kunnen maanden of zelfs jaren de ziekte verspreiden via de Aziatische bladvlo Diaphorina citri voordat er symptomen verschijnen die met het blote oog te zien zijn. Uiteindelijk vergelen de bladeren, en vallen de misvormde en bittere vruchten vroegtijdig van de boom. Doordat de bacterie de gehele vatenstructuur van de plant heeft aangetast, legt de boom uiteindelijk het loodje. Hoe eerder een geïnfecteerde boom wordt geruimd, hoe beter. De hondentraining is vergelijkbaar met trainingen die explosievenhonden ondergaan. Ze leren bepaalde geuren herkennen – in dit geval de unieke vluchtige stoffen die zieke citrusbomen uitstoten –, om vervolgens naast de corresponderende geurbron te gaan zitten. Indien correct, krijgen ze achteraf speeltijd met een speeltje. Uit de epidemiologische modellen van de onderzoekers blijkt dat door de combinatie van hondendetectie en het ruimen van citrusbomen, een citruseconomie zeker gedurende tien jaar economisch houdbaar blijft. In California en noordelijk Florida zijn nu voor de komende negen maanden opsporingshonden ingezet.