Door Steijn van Schie - Foto: Kurt Schwenk - 02-03-2020 - Zoölogie

Jonge kikkervisjes kunnen onmogelijk de oppervlaktespanning van water doorbreken. Om toch aan zuurstof te komen, doen ze aan bubble sucking.
Om aan zuurstof te komen zuigen jonge kikkervisjes kleine luchtbelletjes in hun mondholte, om ze vervolgens onder druk hun longen in te duwen. Handig, aangezien de nog geen 3 millimeter lange lijfjes onmogelijk de oppervlaktespanning van water kunnen doorbreken om hun kop uit het water te steken en lucht in te ademen. Een Amerikaanse bioloog beschrijft dit nieuw ontdekte gedrag 19 februari in Proceedings of the Royal Society B en doopt het bubble sucking, ofwel bellenzuigen. Door de overgang van water naar lucht ontstaat een dun elastisch membraan, en voor kikkervisjes mogelijk een ondoordringbaar plafond. Hoewel kikkervisjes gebruik maken van kieuwen en gasuitwisseling via de huid om aan zuurstof te komen, ontwikkelen ze ook longen die essentieel zijn voor hun overleving; velen leven een groot deel van hun ontwikkeling in zuurstofarm water.
Knijpen
Uit video-opnames met hogesnelheidscamera’s blijkt dat drie dagen oude kikkervisjes van in ieder geval vijf kikkersoorten de oppervlaktespanning van water niet kunnen doorbreken. In plaats daarvan zetten ze hun mond aan het wateroppervlak, zuigen een belletje in hun mondholte en knijpen het af door hun bekje te sluiten. Door hun mondbodem omhoog te duwen, verdwijnt het zuurstofrijke belletje vervolgens in hun longen.
De dikkopjes staan overigens niet alleen in het bubble sucking . Uit het onderzoek blijkt dat ook longslakken en de larven van salamanders luchtbelletjes opzuigen.