De Andere Krant is een duidelijke bron van desinformatie voor coronanieuws.

 

Desinformatie omtrent corona tiert welig op onder meer Facebook, Twitter en YouTube. Gelukkig zijn er een aantal relatief simpele manieren om zin en onzin van elkaar te scheiden.

 

Sinds de komst van sars-cov-2 nestelt het virus zich niet alleen comfortabel in menselijke cellen en luchtwegen, maar ook in alle lagen van de samenleving. Vooral op social media nemen discussies over vaccinaties, coronamaatregelen en besmettingscijfers heftige vormen aan, waarbij soms rijkelijk gestrooid wordt met semi-wetenschappelijke feiten om een argument kracht bij te zetten. Hoe kan men wegwijs worden in deze onophoudelijke stroom aan informatie en inschatten hoe betrouwbaar een bericht eigenlijk echt is?

 

Horrorverhalen
‘Check de bron!’, is het eerste dat Alexander Pleijter desgevraagd antwoordt. Hij is universitair docent aan de Universiteit Leiden (UL) en expert in online journalistiek en factchecking. ‘Er zijn allerlei vage websites die een groot bereik hebben en twijfelachtige nieuwsberichten de wereld inslingeren, zoals bijvoorbeeld horrorverhalen over vaccinatiebijwerkingen. Om je medeleven, verontwaardiging of boosheid te tonen zijn mensen snel bereid zo’n bericht te delen of liken; dat is precies het moment waarop je alert moet zijn en moet denken: wie is hier eigenlijk de afzender?’

 

Anti-corruptieprotest
Volgens Pleijter hoeft dat niet ingewikkeld te zijn. ‘Op de meeste websites heb je wel een kopje ‘over ons’. Daar vind je wie er achter een bericht zit en wat iemands intenties zijn. Als die informatie is afgeschermd, is dat ontzettend verdacht.’ Ook de herkomst van een controversiële foto kan met een paar muisklikken achterhaald worden, meent Pleijter: upload de foto naar Google en pas de zoekperiode aan naar bijvoorbeeld alles voor 2017 om te achterhalen wanneer een foto voor het eerst werd gebruikt. ‘Zo verscheen onlangs een video met het bijschrift dat het een massale demonstratie tegen vaccinaties in Roemenië was, terwijl het om een anti-corruptieprotest in Boekarest ging uit 2017.’

 

Studieopdracht
Het checken van bronnen is een van de eerste lessen die studenten journalistiek krijgen als ze voor een studieopdracht aan de slag gaan voor Nieuwscheckers, een factcheckproject van de UL waarvan Pleijter de coördinatie op zich neemt. ‘Na het vinden van een dubieus bericht, moeten ze uitzoeken hoe iets echt zit. Naast bronnenonderzoek betekent dat ook zelf research doen en bellen met journalisten en verschillende experts. Vervolgens schrijven ze er een journalistiek verhaal over op onze website.’

 

Anekdotes
Ook Enith Vlooswijk kan niet vaak genoeg hameren op het checken van bronnen. Als wetenschapsjournalist en factchecker schrijft ze regelmatig voor verschillende media, waaronder de Volkskrant en ook Nieuwscheckers. ‘Coronanieuwsberichten zijn vaak gebaseerd op een studie of rapport. Die pak ik er altijd bij; soms blijkt een rapport een heel andere conclusie te trekken of deugt de studie zelf niet. Een onderzoek is bijvoorbeeld niet representatief, heeft een slechte onderzoeksmethode of is gepubliceerd in een dubieus tijdschrift. Van leken kun je niet altijd verwachten dat ze een publicatie naar waarde kunnen inschatten – dat is typisch werk voor wetenschappers en wetenschapsjournalisten –, maar het kan geen kwaad eens door een aangehaalde bron te bladeren. Ook kun je kijken naar het aantal citaties: wanneer een studie niet vaak wordt geciteerd, kan dat een teken aan de wand zijn. En pas altijd op voor losstaande anekdotes. Met andere woorden: is iets gebaseerd op cijfers die representatief zijn voor een populatie, of op een verhaal van de tante van de zus van tante Mien – bij wijze van spreken.’


Mainstream
Een andere makkelijke en relatief veilige manier om de betrouwbaarheid van een bericht in te schatten is door te kijken of ook andere serieuze media erover schrijven. Vlooswijk: ‘Als er echt iets aan de hand is, staat het ook in de zogeheten mainstream media. De media spannen echt niet samen met de overheid om de gewone man een poot uit de draaien. Op zich is er overigens niks mis met gezond wantrouwen jegens de overheid: ook in Nederland worden vaak genoeg dingen onder het tapijt geschoven, denk maar aan de toeslagenaffaire. Zoiets komt het vertrouwen natuurlijk niet ten goede.’

 

Experts
Dan de heikele kwestie: is iemand een expert, pseudo-expert of lult ie maar gewoon uit zijn nek? Volgens Vlooswijk is dat soms ontzettend lastig in te schatten. ‘Gelukkig zijn er wel een aantal onafhankelijk instituten waarvan je betrouwbare informatie kunt verwachten, zoals het Lareb, RIVM en CBS. Daar tegenover staan beruchte verspreiders van desinformatie. Willem Engel, leden van het Forum voor Democratie en De Andere Krant verdraaien overduidelijk de waarheid, maar soms is iemands expertise moeilijker te achterhalen. Neem een club als het Artsen Covid Collectief. Dat is een betrouwbaar ogende club van artsen, maar ze verspreiden wel degelijk desinformatie over bijvoorbeeld de veiligheid van vaccins. Voor leken is dit echt ontzettend ingewikkeld. Neem dus als stelregel: pas op als iemand tegen de wetenschappelijke stroom oproeit en met berichten die heel sterke emoties oproepen!’

 

Wantrouwen
Al met al denkt Pleijter dat desinformatie een gevaar kan zijn voor de samenleving: ‘Op individueel niveau kunnen mensen bijvoorbeeld stoppen met medicijnen of juist iets nemen dat gevaarlijk is. Ook voor de volksgezondheid kan het gevaarlijk zijn wanneer mensen zich bijvoorbeeld massaal niet laten vaccineren. Maar op de lange termijn is het door desinformatie aangewakkerde wantrouwen jegens overheid en media het schadelijkst: het gevoel van gemeenschap en gezamenlijkheid brokkelt daardoor langzaam af. Het herkennen van onzin is wat dat betreft ontzettend belangrijk.’