Massale begrazing door krabben van vegetatie in een Chinees zoutmoeras.

Uitsluiten van begrazing en herintroductie van roofdieren kan natuurherstel aanzienlijk versnellen, blijkt uit een mondiale mega-analyse.

Herbivoren uitsluiten of hun natuurlijke vijanden herintroduceren kan een enorm positieve impuls geven aan de inspanningen om natuur te herstellen in gebieden met gedegradeerde biodiversiteit. Dat blijkt uit een mondiale meta-analyse van 610 wetenschappelijke artikelen en 2.594 experimenten op zowel terrestrische als aquatische herstellocaties door een internationaal team onder leiding van de Chinese milieu-ecoloog Qiang He van de Fudan University in Shanghai (Science, 3 november). Uit deze analyse blijkt bijvoorbeeld dat op herstellocaties reductie van wel 52 procent in de hoeveelheid vegetatie optreedt door begrazing, terwijl dat voor niet-gedegradeerde locaties gemiddeld 32 procent is. Het uitsluiten van herbivoren op herstellocaties zorgt bij natuurlijke regeneratie voor een gemiddelde toename van vegetatie met 93 procent en op beplante herstellocaties zelfs een toename van 158 procent. Het effect van herintroductie van predatoren is, met respectievelijk 138 en 372 procent toename in vegetatiegroei, nog aanzienlijk groter.

‘Dat herbivoren natuurherstel kunnen dwarsbomen zien we bijvoorbeeld hier op schorren bij de aanplant van kweldergras. Daarvan wordt in korte tijd een heel groot deel van de vegetatie weggegraasd door slakjes en andere herbivoren’, constateert ecoloog Johan van de Koppel van NIOZ-Yerseke en buitengewoon hoogleraar ruimtelijke ecologie van getijdensystemen in Groningen. Hij is coauteur van de Science -publicatie, maar niet direct betrokken bij de data-inzameling en -analyse. ‘Ik werd erbij gevraagd in de schrijffase en ben er vooral in geslaagd om de aanvankelijke nadruk op het bejagen van herbivoren een beetje te temperen. Begrazing is natuurlijk niet alleen terug te dringen door grazers af te schieten.’



BELEMMERING

De mondiale analyse laat volgens Van de Koppel ook zien dat begrazing vaak leidt tot verlies van biodiversiteit en dat dit effect het sterkst optreedt in gebieden met relatief hoge temperaturen en weinig neerslag. ‘Bij een gematigd klimaat in Nederland, met veel stikstofdepositie en vermesting heeft de inzet van grote grazers vaak positieve effecten op de biodiversiteit. Maar voor gedegradeerde gebieden in de Sahel kan begrazing juist een enorme belemmering zijn voor natuurherstel’, aldus Van de Koppel. ‘De algemene boodschap is dat je bij natuurherstel kritisch moet kijken naar de rol van je herbivoren en dat het met name loont ook hogere trofische niveaus in het voedselweb te herstellen. Zie het effect van de terugkeer van de wolf.’

Inzet op herstel van voedselwebben is ook de hoofdboodschap in de gelijktijdig in Science afgedrukte perspective van NIOO-postdoc Nacho Villar, coördinator van het Europese rewilding-project WildE in de Gelderse Poort. ‘De bevindingen geven aan dat interventies voor vegetatieherstel vaak falen bij het herstellen van trofische structuur, voedselwebben, faunasamenstellingen en top-down regulering van de ecosystemen die ze proberen terug te krijgen’, schrijft Vilar. ‘Dit onderschrijft het belang van trofische cascades en de sleutelrol van trofische rewilding in de restauratie van ecosystemen. Verder dient toepassing van specifieke hersteloplossingen ook rekening te houden met lokale onvoorziene omstandigheden en de bredere sociaal-economische context.’