Een kogelvrije mensenhuid en textiel van poep; de projecten van biokunstenaar Jalila Essaïdi zijn vakoverstijgend.


Biokunstenaar Jalila Essaïdi over haar van poep gemaakte kledingslijn: ‘Ik wilde inherent smerig materiaal vertalen naar pure schoonheid.’

 

'Toen ik hier in 2015 voor het eerst kwam, was het een grote puinhoop: werkelijk niks was onderhouden, schimmels groeiden op de muren, en krakers hadden alles van waarde eruit getrokken en alleen maar zooi achtergelaten. Geen leidingen, kachels of vloeren. En al helemaal geen water, stroom of riolering. Toch zag ik potentie in die ruïne midden in dat verborgen stukje bos aan de rand van Eindhoven. Van de oude gaarkeuken en zeecontainer bouwden we labs, en met de hulp van zeker tweehonderd vrijwilligers knapten we de boel op tot wat je nu voor je ziet: een kunstdorp waar jonge, talentvolle kunstenaars welkom zijn om gedurende drie maanden originele ideeën uit te werken en te experimenteren met biologisch materiaal. Een soort creative pressure cooker.’

 

Bunkercomplex
Dat vertelt biokunstenaar Jalila Essaïdi (1980) over het ogenschijnlijk lieflijke boerderijdorpje waar haar stichting BioArt Laboratories is gehuisvest, maar feitelijk een goed vermomd bunkercomplex is uit de Tweede Wereldoorlog; de Duitsers bouwden de vijf huisjes om vijandelijkheden vanuit de lucht te misleiden. Nu lopen er een stel schapen, twee koeien, paarden, kippen, ganzen en een varken. En van 19 tot en met 27 oktober bezoekers van de Dutch Design Week, waarvan Essaïdi ambassadeur was. ‘Een marathon van praatjes’, noemt ze de week zelf, met daarbij op 22 oktober een uitstapje naar Leiden om tijdens de Bio Diversity Next-conferentie het wetenschappelijk publiek te inspireren met haar kogelwerende huid van spinnenzijde en textiel van poep.

 

Spinnendraad
Bulletproof Skin stamt uit 2010 en is denk ik wel mijn bekendste werk’, vertelt Essaïdi. ‘Hierbij gebruik ik de melk van geiten die met dna van de gouden wielwebspin genetisch zijn gemodificeerd. De geitenmelk bevat hierdoor een eiwit dat ook in spinnendraad en zijde zit. Ik heb het eiwit uit de melk gedestilleerd, en een stukje in vitro gekweekte menselijke huid versterkt met de kunstmatige spinnenzijde.’

 

Geweer
Op YouTube is te zien hoe Essaïdi met een enkelloops geweer een .22 kogel met halve snelheid afschiet op haar kunstwerk, dat vervolgens niet scheurt. ‘Met het werk wil ik mensen vooral bewust maken van het feit dat veiligheid een relatief begrip is, maar er rolt wellicht ook een medische toepassing uit: momenteel loopt er een medisch traject om te kijken of mijn huid ingezet kan worden bij brandwonden of ligplekken.’ Voor haar kogelvrije huid maakte Essaïdi een rondgang langs genetici, labs van het Forensische Instituut, geitenhouders en medici, en ook haar andere projecten hebben een sterk interdisciplinair karakter. Zo ook Mestic, waarbij de geboren Eindhovense pulp van cellulose maakt van mestafval en als grondstof inzet voor allerlei producten, waaronder kleren. Essaïdi: ‘Ik wilde inherent smerig materiaal vertalen naar pure schoonheid; de kledinglijn is dan ook voornamelijk gemaakt van wit en haast maagdelijk materiaal.

 

Mestafval
‘Maar het project gaat verder dan alleen esthetiek, het raakt ook een maatschappelijk probleem. Enerzijds zitten boeren wereldwijd met enorme hoeveelheden mestafval, anderzijds is de textielindustrie niet bepaald duurzaam. Met textiel van poep sla ik dus twee vliegen in een klap. Maar het verenigen van die twee werelden is in Nederland onmogelijk. Van pulp naar draad om textiel te maken gebeurt aan de andere kant van de wereld. Daarom kijk ik nu onder andere of we het in China kunnen uitrollen; daar heb je stallen van zeker honderdvijftigduizend koeien en een lokale kledingindustrie.'



Als je van nature nieuwsgierig en gedreven bent, dan maak je materie jezelf gewoon eigen ’

 

Rigide
Dat Essaïdi geen wetenschappelijke achtergrond heeft, ziet ze als geen enkel probleem. ‘Als je van nature nieuwsgierig en gedreven bent, dan maak je materie jezelf gewoon eigen en ga je zelf op zoek naar de expertise die je nodig hebt. Op zich had ik ook prima bioloog kunnen worden hoor – als kind sleepte ik tevergeefs zieke konijntjes mee en snuffelde ik in de encyclopedieën van de buren –, maar uiteindelijk koos ik voor een kunstopleiding omdat je als kunstenaar toch vrijer bent. De wetenschappelijke wereld is eigenlijk een strak omlijnde en relatief rigide wereld met duidelijk kaders. Dat wilde ik niet.’

 

Wonderen
Kaders en hokjes zijn sowieso niet begrippen die in Essaïdi’s woordenboek voorkomen. ‘Daar waar verschillende werelden bijeenkomen, gebeuren wonderen en ontstaat innovatie. Dat is ook een rode draad in mijn werk: het verbinden van verschillende vakgebieden. Van kunstenaars en wetenschappers tot beleidsmakers en boeren. Als kunstenaar voel ik mij de ideale spin in het web: ik ben geen commercieel bedrijf en vorm in die zin geen concurrentie. Zo kan ik met alle betrokken spelers een open dialoog aangaan.’

 

Ook in haar Bio-Art Village staat verbondenheid centraal, maar dan tussen natuur, samenleving en technologie. ‘We streven naar een nieuw tijdperk, het Symbioceen, waarin het draait om ecologisch en evolutionair denken over verbondenheid. Dat is dan ook waar ik naar zoek in de ideeën die jonge kunstenaars inbrengen als ze hier willen komen werken.’

 

Schimmelkolonies
Welke planten, beesten en schimmels onderdeel uitmaken van haar eigen wereld – hier, in het volledig off-grid functionerende oude bunkercomplex – wil Essaïdi graag achterhalen. ‘Niet lang geleden was hier een natuurfotograaf. Die vond al vleermuizen in de ondergrondse kelders, een bijzondere salamander en verschillende schimmelkolonies. Mijn deuren staan open voor biologen die met mij het leven op het terrein verder in kaart willen brengen. Dat zou mij echt dolgelukkig maken.’