Door Aafke Kok - FOTO: IMAGESELECT - 31-10-2020 - Ecologie

Deze nimf van een Rhithrogena-haft ondervindt sneller schade van het insecticide fipronil dan gedacht, en behoort zelfs tot een van de gevoeligste taxa.
In het water weglekkend fipronil is schadelijker voor aquatische ecosystemen dan gedacht. Volgens nieuwe berekeningen is de fipronilconcentratie daarmee in verschillende Amerikaanse gebieden zorgelijk.
Het insecticide fipronil is giftiger voor aquatische insecten dan de huidige Amerikaanse richtlijn van de Environmental Protection Agency (EPA) stelt. Dat blijkt uit experimenten met natuurlijke gemeenschappen van aquatische soorten in mesocosms. Volgens de nieuwe berekening en veldmetingen komt fipronil in verschillende Amerikaanse regio’s in giftige hoeveelheden voor in het water, met nadelige gevolgen voor de aanwezige ecosystemen. Dat concluderen Amerikaanse onderzoekers 23 oktober in Science Advances. Fipronil is in Nederland bekend van het eierschandaal in de zomer van 2017, toen bleek dat – tegen de Europese richtlijnen in – Nederlandse kippen met fipronil waren behandeld tegen bloedluis, waarmee het gif ook in eieren terecht kwam. Onder meer in Amerika gebruiken boeren de stof ook als landbouwgif. Vanuit de bodem kan fipronil vervolgens naar watertjes lekken, waar de stof in verschillende derivaten uiteen kan vallen.
Gevoelig
Om het effect van deze stoffen op aquatische ecosystemen te onderzoeken stelden de Amerikanen dertig dagen lang dertig mesocosms bloot aan fipronil of een fipronilderivaat, in zes verschillende concentraties. Van de vijftien in de mesocosms voorkomende taxa bleken larven/nimfen van Rhithrogena-haften en Sweltsa-steenvliegen het gevoeligst voor de gifstoffen; larven van Lepidostoma-schietmotten en Micropsectra- en Tanytarsus-dansmuggen waren het tolerantst. Vier taxa waren gevoeliger voor fipronil dan de EPA stelt, en voor de derivaten desulfinyl, sulfone en sulfide waren respectievelijk 13, 11 en 13 taxa gevoeliger.
Watertjes
De HC5-waarde, waarbij 5 procent van de soorten schade ondervindt, lag volgens berekeningen op basis van het experiment op 4,56 nanogram per liter voor fipronil, tegenover 11 nanogram per liter volgens de EPA. Voor derivaat desulfinyl vonden de onderzoekers zelfs een HC5-waarde van 3,55 nanogram per liter, waar de EPA 10,31 nanogram per liter rekent. Ook op gemeenschapsniveau zagen de onderzoekers effecten; zo nam de hoeveelheid chlorofyl a toe doordat er vanwege het gif minder algenetende insecten waren.
De onderzoekers pasten hun nieuwe berekeningen vervolgens toe op velddata van 444 watertjes in de VS. In 16 procent van die plekken zou fipronil in giftige hoeveelheden voorkomen. De aanwezigheid van fipronil correleerde bovendien met verslechtering van aquatische ecosystemen in vier van de vijf Amerikaanse regio’s die de onderzoekers bekeken.
Chronisch
‘Het is denk ik met de beste intenties uitgevoerd, maar het had wel beter gekund’, aldus Paul van den Brink, hoogleraar chemische stress ecologie aan de Wageningen Universiteit. ‘Ze testen maar zes concentraties per stof, ongerepliceerd. Als bij één van die concentraties iets fout gaat, beïnvloedt dat je resultaten enorm. Dat hoeft niet te betekenen dat de conclusies onjuist zijn; de waardes die ze vinden zijn ook niet heel verrassend. Maar het maakt de studieopzet wel onbetrouwbaar. ‘Ik vind het wel nastrevenswaardig dat ze een langdurige testperiode van dertig dagen hebben gekozen, ze hebben helemaal gelijk dat gegevens wat betreft chronische toxiciteit vaak ontbreken. Vaak wordt er alleen een vierdaagse toxiciteittest gedaan, en dat zegt natuurlijk weinig over de echte risico’s in het veld.’