Door Aafke Kok - Foto: Peter H. Biederman - 14-11-2020 - Entomologie

Met een handig glazen buisje kunnen onderzoekers de schimmelboerderijen van Xyleborus affinis bestuderen. Foto: Peter H. Biederman.
Het is hard werken op een boerderij; ook in de schimmeltuintjes van Xyleborus affinis-kevers. Het motto ‘vele handen maken licht werk’ lijken ze echter niet ter harte te nemen.
Behalve mieren en termieten houden ook sommige kevers er schimmelboerderijen op na, zoals de snuitkever Xyleborus affinis. Daarbij vertoont X. affinis sociaal gedrag. Al is een X. affinis kolonie nou ook weer niet een gezellige mengelmoes van kevertjes met verschillende taakjes; het zijn eigenlijk alleen de vruchtbare vrouwtjes die het werk verzetten. Dat doen ze ook nog eens op plekken waar mannetjes nauwelijks komen (Frontiers in Ecology and Evolution, 4 november).
Aangezien de snuitkevers hun schimmelboerderijen beginnen in gangetjes die ze graven in hout, is het lastig om ze te bestuderen. Daar bedachten onderzoekers een truc op; ze lieten 23 in het bos gevangen kevers een kolonie stichten – vrouwtjes hebben een speciaal zakje in hun mond met schimmelsporen uit hun geboortenest – in een afgedekt glazen buisje gevuld met zaagsel. Zo kunnen onderzoekers als ze de bedekking weghalen de gangen en kevertjes door het glas heen bekijken.
Mannetjes verrichten af en toe wat schimmelwerk, maar spenderen hun tijd verder vooral met niks doen
Werkverdeling
Na 51 tot 61 dagen bleken mannetjes, niet-vruchtbare en vruchtbare vrouwtjes zich grotendeels in verschillende compartimenten van de kolonie te begeven. Alle vrouwtjes hielpen mee met larven verzorgen en schimmeltuintjes bijhouden, maar vruchtbare vrouwtjes waren wel veel meer geneigd tot zulk gedrag. Waar de werkverdeling tussen vrouwtjes al wat oneerlijk oogt, is de gelijkheid tussen vrouwtjes en mannetjes bij X. affinis kolonies helemaal ver te zoeken. Mannetjes verrichten af en toe wat schimmelwerk, maar spenderen hun tijd verder vooral met niks doen, een beetje rondscharrelen en pogingen met vrouwtjes te paren. Hun schijnbaar enige nuttige bijdrage, bevruchten, lukte bovendien zelden.
In de ongeëmancipeerde kolonies bevonden zich verschillende soorten schimmels, maar alleen een schimmel van het genus Raffaelea kwam door de hele kolonie voor en lijkt dan ook de primaire voedselbron voor de kevers. Een duidelijke voorkeur voor lievelingseten is de hardwerkende vrouwtjes wel gegund.