Links: Ananas (Ananas comusus) met rupsen, vlinders en kevers, een ingekleurde tegendruk van Maria Sibylla Merian
(1705-1719). Rechts: Koningsparadijsvogel (Cicinnurus regius) van ‘birdman’ John Gould (1875-1888).

 

Mooie verhalen over en juweeltjes van afbeeldingen van verzonnen draken, peperdure schelpen en exotische paradijsvogels sieren het bladerboek over de evolutie van natuurlijke historie. De ontdekking van de natuur van Hans Mulder ontving 24 oktober de Jan Wolkersprijs 2021 voor het beste Nederlandse natuurboek.

 

 


DE ONTDEKKING VAN DE NATUUR - Hans Mulder
Hardcover, 256 pagina’s, 40 euro

 

‘Natuurlijk vertel ik u niet hét verhaal over de ontdekking van de natuur. Dat kan helemaal niet’, bekent Hans Mulder, conservator natuurhistorische collecties van de Universiteit van Amsterdam, al op de eerste pagina over de ambitieuze titel. Een beetje pijnlijk, nu er vrijwel gelijktijdig ook een boek met de gelijknamige titel De ontdekking van de natuur is verschenen, met een heel andere ambitie: de ontwikkeling van de Nederlandse biodiversiteit duiden. De aspiraties van Mulder zijn luchtiger: ‘het vertellen van twintig verhalen die een meer of minder belangrijke rol hebben gespeeld in het ontsluieren van de geheimen die de natuur verborg voor de Europese mens tussen pakweg 1500 en 1900’.

 

Dit doet hij aan de hand van prachtige en zeldzame boeken, tekeningen en aquarellen, die zich in ‘zijn’ collectie bevinden en op geheel eigen manier. Waarschijnlijk zoals hij ook presentaties geeft in de imposante leeszaal van de Artis Bibliotheek, waarbij hij ter illustratie ieder gewenst boek uit de collectie kan openslaan. Vanwege een ingrijpende verbouwing en de coronacrisis kreeg Mulder onverwacht tijd zijn verhalen aan papier toe te vertrouwen.

 


 

Ananas (Ananas comusus) met rupsen, vlinders en kevers, een ingekleurde tegendruk van Maria Sibylla Merian (1705-1719). 

 

De verhalen over vogels, schelpen, insecten, planten, bacteriën en ook niet bestaande organismen zijn rijk geïllustreerd, in de vorm van 136 vaak paginavullende afbeeldingen op folioformaat (33,5 bij 25,5 centimeter). Dat zijn vrijwel allemaal hoogtepunten van natuurhistorische illustraties. Daarmee is de uitgave in de eerste plaats een bijzonder bladerboek, met juweeltjes van afbeeldingen: van de bijzondere draken van Ulisse Aldrovandi en Joannes Jonston, de gedetailleerde schelpen, vlinders en vissen van Conrad Gessner en Felix Platter, de sierlijke paradijsvogels van John Gould en François Levaillant, de exotische planten met rupsen en vlinders van Maria Sibylla Merian, tot de inheemse vogels van Cornelius Nozeman en Aert Schouman.

 

Mulder voorziet dit alles van veel informatie over de historische context, de rol van verzamelaars en menagerieën, de beschikbare teken- en druktechnieken, veranderde denkbeelden en inzichten, maar ook veel smeuïge anekdotes over de mannen en vrouwen die destijds hun kennis van de natuur aan het papier toevertrouwden. Zo verhaalt hij hoe Linnaeus in 1735 een opgezette zevenkoppige draak uit een rariteitenkabinet in Hamburg ontmaskert als een in elkaar geknutseld werkstukje, maar ook de pelikaan op het lijstje ‘paradoxa’ zette. Hoe Merian als ‘eerste ecoloog’ de metamorfose van rups naar vlinder letterlijk op ieders netvlies zette, maar ook kritiek kreeg omdat ze een vrouw was en durfde te suggereren dat er spinnen bestaan die kolibries verorberen. Dat op een Nederlandse veiling in 1672 een schelp van het wenteltrapje voor 545 gulden werd gekocht, terwijl een schilderij van Rembrandt van een vrouw met een anjer slechts 55 gulden kostte.

 

De verhalen van Mulder zijn altijd boeiend en informatief. Een enkele keer slaat hij de plank mis, bijvoorbeeld bij zijn bewering dat we dankzij Columbus kennis hebben gemaakt met onbekende producten als koffie. En soms voert hij zijn bespiegelingen wel erg ver door, zoals bij zijn betoog dat tsaar Peter de Grote zijn snorretje had afgekeken van Antoni van Leeuwenhoek. De geschiedenis van de natuurlijke historie zit al bomvol mooie verhalen en heeft geen behoefte aan het opleuken met totaal onbewezen en vermoedelijk onjuiste ideetjes. De ontdekking van de natuur staat al borg voor genoeg avontuur en leesplezier.

 


Koningsparadijsvogel (Cicinnurus regius) van ‘birdman’ John Gould (1875-1888).