‘Stop niks in het oor dat kleiner is dan een elleboog’, luidt een oud gezegde. Zo kan een blokkade in het oor worden voorkomen. Maar sommige mensen hebben hoe dan ook last van een verstopt oor, hoe komt dat?

 

 

Er zijn mensen die zich maandelijks melden bij de arts wegens ‘volle oren’, terwijl anderen nooit last hebben van deze kwaal. Hoe kan dat eigenlijk? Waarom produceren sommige mensen meer oorsmeer dan anderen? ‘Eigenlijk bestaat een teveel aan oorsmeer niet’, verklaart KNO-arts Jerome Waterval van het Audiologisch Centrum van het Maastricht Universitair Medisch Centrum+, ‘zolang de balans tussen aanmaak en afvoer maar in orde is.’ En dat is waar het bij een kleine groep mensen soms een beetje mis kan gaan.

 

‘Mensen hebben gehoorgangen; dat is gunstig, want zo blijft het delicate middenoor en het trommelvlies beschermd voor schade van buitenaf’, legt Waterval uit via de mail. ‘De huid van de gehoorgang heeft een migratoire capaciteit, waarbij het oorsmeer – afkomstig van de aanwezige oorsmeerkliertjes – vermengt met de hoorn, waarvan de cellen continue loskomen van de opperhuid. Anders zou de hoorn zich ophopen en de gehoorgang vol raken.’ In principe is dit dus een zelfreinigend mechanisme waarbij men eigenlijk zo min mogelijk moet ingrijpen.


Prop
Alom bekend maar niet altijd netjes toegepast, is de regel dat men de gehoorgang beter niet schoonmaakt met een wattenstaafje. ‘Op die manier duw je de prop juist tegen het trommelvlies, en dan hoor je effectief minder omdat de trillingen van het trommelvlies dan echt gedempt worden.’ Het liefst ondergaat men dus helemaal geen behandeling, maar in uitzonderlijke situaties hoopt zich toch teveel oorsmeer op in de gehoorgang. Deze overmatige oorsmeerproductie komt voor bij 1 op de 10 kinderen, 1 op de 20 volwassen en bij een derde van de mensen met een verstandelijke beperking.



‘Soms komt de prop toch los door een beetje olie’



‘Een oorzaak hiervan kan een blokkade zijn’, legt Waterval uit. ‘Het belangrijkste voorbeeld is het ’schoonmaken’ met een wattenstaafje, waarbij je het oorsmeer zo aanduwt dat de gehoorgang het uit zichzelf niet meer verwerkt krijgt. Hoortoestelgebruik is vergelijkbaar hieraan, maar vaak onvermijdelijk. Ook kan het zijn dat de gehoorgang in aanleg, door een operatie of aandoening te nauw is, waardoor er daarachter een blokkade van oorsmeer ontstaat. Een tweede oorzaak is het niet functioneren van het transport van de gehoorgang, in dat geval is de gehoorgang dus wel ruim genoeg. Bij een ontsteking van de gehoorganghuid of bij een net geopereerd oor wordt vaak geen oorsmeer aangemaakt, maar alleen ophoping van witte, nattige hoorn, die de gehoorgang dus niet uitkomt. Hoe het precies komt dat er in die gevallen geen oorsmeer wordt gevormd, is eigenlijk niet precies bekend.’

 

Als er dan toch een ophoping van oorsmeer (of hoorn) ontstaat, kan men bij een droge prop dit door de huisarts laten uitspuiten met water, aldus Waterval. ‘Of soms komt de prop toch los door een beetje olie. Soms lukt dat ook niet, of zit er een gaatje in het trommelvlies. Dan kan de KNO-arts de gehoorgang reinigen met een zuigertje.’ Zelf van tevoren druppelen met olie heeft overigens niet veel zin. Sterker nog, vooraf druppelen kan soms juist zorgen voor een grotere oorsmeerprop (Nursing and Residential Care, 2013).

 

Wanneer men toch nog last heeft van een overmatige oorsmeerproductie, kan het overschot altijd nog gebruikt worden tegen gebarsten lippen. Dat klinkt niet erg aantrekkelijk, maar wordt wel ingezet als succesvolle remedie door mensen die lange tijd in de wildernis moeten overleven.

 

Dwarse vragen van leerlingen? Mail uw vragen naar redactie@bionieuws.nl.