DOOR AAFKE KOK EN STEIJN VAN SCHIE - FOTO: IMAGESELECT - 30-05-2025 - Onderwijs
Hoofdrol in het examen: het Bajau-volk, dat evolutionair is aangepast om langer en dieper onder water te duiken.
Biologiedocent en kringvoorzitter Piet Blankers, De Nieuwste School (Tilburg)
‘Ik vond het een makkelijk examen, er zaten weinig tot geen vragen in waar je echt op niveau verbanden moet leggen. Jammer dat er geen rekenvraag in zat. De contexten vond ik wel aansprekend en mooi gevarieerd. Een leuke context vond ik bijvoorbeeld die over het Bajau-volk, die op het water leven en evolutionair aangepast zijn om langer en dieper onder water te duiken. Daar gaat mijn biologiehart sneller van kloppen.
‘Leerlingen vonden het zelf ook goed te doen. Ik zie wel dat ze bij sommige vragen een antwoord in de goede richting hebben, maar punten mislopen door onvolledigheid. Het correctievoorschrift is af en toe ook erg streng. Een voorbeeld is de vraag naar slijmproducerende cellen, slijm en trilhaarcellen. Veel leerlingen vergeten dan expliciet te benoemen dat de functie van slijmproducerende cellen is dat ze slijm produceren. Soms laten ze in hun antwoord prima zien dat ze het begrijpen, maar door het (te) strenge correctievoorschrift moet ik het toch fout rekenen.
‘Flauw vond ik de vraag of de toename van het aantal broedparen zeearenden in Nederland exponentieel is. De grafiek laat overduidelijk exponentiele groei zien, maar precies op het stukje waarnaar gevraagd wordt niet. We hebben hier als kringvoorzitters bezwaar tegen aangetekend, maar dat is helaas afgekeurd door het examenloket.’
Biologiedocent en kringvoorzitter Hans Mulder, Jan Tinbergen college (Roosendaal)
‘Het examen bevatte dit jaar een evenwichtige mix van ecologie, genetica en evolutie, fysiologie, cellen en moleculaire biologie. Het aantal gesloten vragen neemt de laatste jaren wat toe, wat niet wegneemt dat er een aantal denkstappen gezet moeten worden om tot een goed antwoord te komen.
‘De moeilijkheidsgraad lijkt me passend voor havoniveau, met een goede afwisseling tussen reproductie-, toepassings- en inzichtvragen. Het examen legt nadruk op het begrijpen van biologische concepten en processen in plaats van alleen feitenkennis. Goed gebruik van Binas of ScienceData was bovendien bij een aantal vragen een vereiste.
‘De meest uitdagende vraag voor leerlingen was denk ik vraag 32. De context is een groep mannen uit een voor ons onbekende cultuur: het Bajauvolk. Door een aangepaste milt kunnen deze mannen beter duiken. De milt zit minder prominent in het curriculum dan andere organen, zoals bijvoorbeeld hart en bloedvaten of de spijsverteringsorganen. Tegen die achtergrond moeten leerlingen twee groepen mensen selecteren om te bepalen of een eigenschap erfelijk is of niet. Het correctiemodel is heel eenduidig en laat geen ruimte voor alternatieve antwoorden. Dat is uiteraard prima, maar wanneer je als leerling niet op het juiste denkspoor zit, is het een lastige vraag.’
Biologiedocent en kringvoorzitter Gerda Berben, De Amersfoortse Berg (Amersfoort)
‘In eerste instantie leek het examen me een beetje aan de makkelijke kant. Als je naar de uiteindelijke totale uitkomst kijkt, zitten er toch best wat lastige vragen in voor leerlingen. Vooral om álle punten te halen. Het correctievoorschrift is redelijk dichtgetimmerd. Dat is een fijne houvast voor docenten bij het nakijken, maar leerlingen antwoorden lang niet altijd zó precies. Zo moeten ze bij een uitleg over commensalisme expliciet zeggen dat de zeearend voordeel heeft bij het nestelen in een populier en dat de populier daarbij én geen voordeel én geen nadeel ondervindt.
‘Er zaten ook makkelijke reproductievragen bij, waarvan je het antwoord vaak zo in Binas of ScienceData kunt terugvinden. Tijdens de kringbespreking werd ook geventileerd dat leerlingen die hard geleerd hebben goed scoren; die harken dit soort punten sowieso binnen. Aan de andere kant moeten leerlingen bijvoorbeeld voor vraag 39 bedenken welke base is gewijzigd om het codon voor leucine om te zetten naar het codon voor histidine. Dat vind ik dan wel weer pittig voor een havist, voor slechts een 1-punts-multiplechoicevraag.
‘Bij de vraag over het Bajau-volk moeten leerlingen echt een onderzoekende houding aannemen en bedenken welke groepen ze met elkaar dienen te vergelijken in een experiment. Op zich een heel mooie vraag, maar leerlingen hebben er kenbaar veel moeite mee. Ik vond het examen verder mooi gevarieerd. Knap, hoe het CITO met maar een paar hoofdonderwerpen toch (bijna) alle stof mooi aan bod laat komen. Ik heb niet echt iets gemist: je kunt immers niet álles vragen.’
Biologiedocent en kringvoorzitter Lieke Kievits, Alkwin Kollege (Uithoorn)
‘Ik vond het een goed examen: de lengte was prima en het sloot goed aan op wat leerlingen hebben geleerd. Toch waren er ook een paar dingen die me opvielen, vooral het feit dat leerlingen die ScienceData gebruiken in het voordeel waren ten opzichte van leerlingen met Binas. Dat zou natuurlijk niet moeten kunnen. Bij vraag 12 bijvoorbeeld stond de benodigde afbeelding van bloedcellen wel in ScienceData, maar niet in Binas. En bij vraag 31 was de illustratie in ScienceData veel duidelijker. Dat is oneerlijk, zeker als je bedenkt dat de meeste scholen Binas gebruiken.
‘Ook viel me op dat het correctievoorschrift soms streng was. Bij verklaringsvragen of ‘licht toe met een voorbeeld’-vragen moesten leerlingen hun antwoord echt heel precies formuleren, anders liepen ze punten mis. Dat is frustrerend, vooral als je weet dat een leerling het concept wel begrijpt, maar het nét niet handig opschrijft.
‘Daarnaast zat er een vraag in over een mutatie in een codon, terwijl dat volgens het examenprogramma onder schoolexamenstof valt. Dat roept verwarring op: behandel je het wel of niet? Tot slot: het viel me op dat alle namen in de opgaven – Han, Kees, Jasper en Eileen – erg wit en Nederlands zijn. In deze tijd mogen we wel wat inclusiever denken. Leerlingen moeten zich ook kunnen herkennen in een examen. Al met al was het een degelijk examen, maar op een paar punten voor verbetering vatbaar.’
Zie ook:
-Examenvreugd - column in Bionieuws, 30 mei 2025