DOOR GERT VAN MAANEN - FOTO: IMAGESELECT - 26-11-2022 - Onderwijs

Wacht je als biologiedocent tot het een keer uit de hand loopt en er ongewenst naaktfoto’s van een leerling rondgaan of probeer je juist te voorkomen dat het misgaat?
Het maken en delen van naaktfoto’s en -video’s gebeurt regelmatig in de jongerencultuur en past ook binnen de normale seksuele ontwikkeling. Het gesprek over sexting in de klas voeren, voelt voor veel docenten ongemakkelijk. Dit dreigt ook al snel de kant uit te gaan van verkapte waarschuwingen over de risico’s van dit gedrag, zoals online shaming (cyberpesten), grooming (verleiden tot afspraken met meerderjarigen), exposing (publiekelijk vernederen) of sextortion (afpersen met naaktbeelden). Bionieuws stak haar licht op bij de interactieve workshop over sexting die vrijdag 17 november werd gehouden op de 36ste NIBI-onderwijsconferentie Geef het door in Egmond aan Zee. De hoofdboodschap daar, was dat het gewenst delen van naaktfoto’s geen probleem is en het juist moet gaan over hoe fout het is zonder toestemming intieme foto’s door te sturen. Wat betekent dit voor lessen over sexting?

Yvette Velzeboer, workshopgever en als programmamedewerker werkzaam bij Helpwanted, een hulplijn voor online seksueel misbruik
‘Iedereen moet voor zichzelf bepalen of die aan sexting wil doen. Intieme foto’s delen is voor veel jongeren leuk en aangenaam. Achteraf kijkt 90 procent er met positieve gevoelens op terug. Volgens het onderzoek Seks onder je 25ste van kenniscentrum Rutgers uit 2017 doet ongeveer één op de acht jongeren aan sexting. (...)
’Het is niet oké als je iemand ongevraagd een dickpic stuurt of zonder toestemming intieme foto’s doorstuurt: dat is ongewenste sexting. Het ongewenst doorsturen van intiem beeldmateriaal is misbruik maken van iemands vertrouwen. Het doorsturen is écht niet oké en het is dus nooit ‘eigen schuld, dikke bult’. (...)
’Bij exposen nemen mensen het heft in eigen handen, bijvoorbeeld vanuit de overtuiging ‘had je die foto maar niet moeten maken’. Exposen kan met intieme foto’s gebeuren, maar ook met gemanipuleerd beeldmateriaal. Dat er deepfakes rondgaan zie je ook in de NPO-serie Welmoed en de sexfakes . Het gezicht van presentatrice Welmoed Sijtsma bleek door iemand op een porno-actrice te zijn gezet, waardoor het lijkt alsof ze in een pornofilm speelt. (...)
’Victim blaming in de vorm van het advies ‘stuur nooit naaktfoto’s’ of verwijt ‘waarom zei je geen nee’ is niet zinvol en werkt averechts. Daarmee vergroot je het schaamtegevoel en gaat de dader vrijuit. De schuld ligt te allen tijde bij de dader, die het beeldmateriaal zonder toestemming verspreidt. We richten ons veel op slachtoffers en vaak blijft de dader blijft buiten schot, maar daar zit het echte probleem.’

Eva Supit, docent biologie op het Alberdingk Thijm College in Hilversum
‘Eerlijk gezegd heb je als docent niet heel veel zicht op wat er allemaal speelt rond sexting. Ik heb zelf nog nooit meegemaakt dat een van onze leerlingen hierdoor in de problemen kwam. Maar je weet dat het gebeurt en het lijkt me dus verstandig om er ook in het onderwijs aandacht aan te besteden, zowel in de brugklas als in de bovenbouw. Het is zeker een valkuil om dan alleen te wijzen op de risico’s. Dan valt meteen het gesprek stil en dan kom je nooit tot de kern. Je hebt het bij seks toch ook niet alleen over de risico’s op soa’s. Het is denk ik wel heel lastig om taboes te doorbreken en de drempel zo laag te leggen dat leerlingen hierover in gesprek gaan. De kennis over veilige sexting moet zich ook niet beperken tot de school, dus is het misschien ook een onderwerp voor een ouderavond. De oudere generatie weet vrijwel zeker niet zo goed wat er allemaal online rond seks gebeurt als bovenbouwers of brugklassers.’

Johanna de Vries, sectievoorzitter en docent biologie bij het Veenlanden College in Mijdrecht en initiatiefnemer van de pilot Naaktenliefde (naaktenliefde.nl)
‘Wat mij betreft komt sexting in alle jaargroepen ter sprake en vooral in positieve zin. We hebben twee jaar geleden een incident met een leerling gehad rond sexting. Zij werd door een vriend van buiten de school onder druk gezet om meer expliciete foto’s te sturen omdat hij anders naaktfoto’s van haar zou delen. Ze heeft toen besloten ermee te stoppen waarna haar foto’s helaas online zijn geplaatst. Dat was heftig en ze wordt nu af en toe nog steeds lastig gevallen door mensen die de opgediepte foto’s opnieuw dreigen te delen. Toch zie je dat zelfs zij de instellingen van haar smartphone nog steeds niet op extreem veilig heeft gezet. Online contact zoeken blijft trekken. Jongeren zijn vaak bang om dingen te missen en blijven liever risico’s lopen.
’Nog dit schooljaar wil ik mijn lesprogramma Naaktenliefde over seksueel plezier, wensen en grenzen – dat ik als zzp’er heb ontwikkeld – als pilot op onze school uitvoeren. Hierin wordt het laten zien en delen van expliciete afbeeldingen behandeld en besproken als een relatief veilige manier om seks te ontdekken. Als je de spanning weghaalt, krijg je ruimte voor een heel ander gesprek. Het is vooralsnog een pilot voor 4-havo/vwo-klassen, maar uiteindelijk hoort leren hoe je met plezier seks kunt beleven natuurlijk niet alleen in de bovenbouw thuis. Seks beperkt zich immer zeker niet alleen tot leerlingen die voor biologie kiezen.’

Jos Abma, docent biologie op het Alberdingk Thijm College in Hilversum
‘Zelf ben ik al een tijdje geen klassenmentor meer, dus problemen met sexting ken ik alleen secundair. Het fenomeen sexting komt wel aan de orde tijdens de Dag van de Liefde die we sinds drie jaar – het liefst ergens rond Valentijnsdag – op onze school organiseren.
Daarin proberen we op een positieve manier aandacht te besteden aan seks en liefde. Daar zat eerlijk gezegd soms ook wel een waarschuwende toon in rond sexting: wat zijn de do’s-and-don’ts. Over de serieuze problemen blijft waarschuwen een optie, al is het goed om daarin de juiste balans te vinden. Welke boodschap heeft het meeste effect? Want ook al heb je de beste boodschap en de leerlingen luisteren er niet naar, dan heb je eigenlijk niks verteld. Mijn eigen indruk is dat je beter vanuit normaliseren dan vanuit de lijn van alleen waarschuwen moet gaan zitten. De smartphone heeft een revolutie veroorzaakt met allerlei problemen, maar draagt ook bij aan oplossingen. De menstruatie-apps die veel meisjes hebben, zorgen ervoor dat het makkelijker is geworden om in de klas hierover te praten. Zo in gesprek raken zou ook met sexting kunnen. Aan de lesboeken heb je weinig: de plaatjes rond de fysieke kanten van seks zijn meestal wel goed, maar daar houdt het ongeveer ook wel bij op.’