Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
Etappe 26: Hobart/Tasmanië - Christchurch/Nieuw-Zeeland - 12-27 december 2024
1836
De Beagle deed Nieuw-Zeeland maar een keer aan: vlak voor kerst op het Noordereiland (zie Etappe 23: Bionieuws 15). Het Zuidereiland heeft Charles Darwin nooit bezocht, waardoor hij met zekerheid de grootste iconische kiwisoort misliep: de roroa of grote grijsgevlekte kiwi (Apteryx maxima, illustratie). Hij had wel een kleine grijsgevlekte kiwi (Apteryx owenii) kunnen verzamelen, want hij moet de nachtelijke kreten van deze kiwisoort hebben gehoord bij zijn bezoek aan het Noordelijke Bay of Island. Een gemiste kans want loopvogels op eilanden werden na zijn terugkomst in Engeland voer voor heftige discussie onder natuurwetenschappers. De invloedrijke Britse anatoom Richard Owen postuleerde ‘dat er geen grotere anomalie in de natuur bestaat dan een vogel die niet kan vliegen’. Hij concludeerde in 1839 op basis van één opgestuurd bot dat de uitgestorven reuzenmoa een loopvogel moest zijn, nog groter dan de struisvogel en bedacht hiervoor het genus Diornis (‘verschikkelijke vogel’). Sommige tijdgenoten zagen de minieme vleugstructuren van kiwi’s en andere loopvogels als mislukte stappen op weg naar vliegen, maar Darwin hield strikt (en terecht) vast aan het tegenovergestelde: het zijn rudimentaire structuren die wijzen op onbruik en verlies van vliegvermogen.
De roroa of grote grijsgevlekte kiwi (Apteryx maxima). Litho: John Gerrard Keulemans (1876).
2024
Reuzenmoa’s zijn zeker niet de enige vogelsoorten die relatief recent zijn uitgestorven op Nieuw-Zeeland. Dat geldt wel als de laatste grote bewoonbare landmassa die door mensen is gekoloniseerd en daarmee een van de laatste plaatsen met oerwildernis op onze planeet. De komst van Polynesiërs en Pacifische ratten (Rattus exulans), rond 1250-1300 na Christus, heeft vrijwel zeker bijgedragen aan het uitsterven van de tot 3,5 meter grote moa’s en de reusachtige Haasts arend (Hieraaetus moorei), die op moa’s joeg. Ook een aantal kleinere vogelsoorten is uitgestorven, zeker toen vanaf eind 18de eeuw Europese schepen ook bruine ratten, katten, hermelijnen, wezels en fretten aan land brachten. Veel Nieuw-Zeelandse vogels waren door miljoenen jaren evolutie in afwezigheid van landzoogdieren grondbroeders en -bewoners geworden, en daardoor extra kwetsbaar voor predatie. Een goed gedocumenteerde extinctie is die van het niet-vliegende rotswinterkoninkje (Traversia lyalli, foto) op het piepkleine Stephenseiland tussen de twee hoofdeilanden. Dit was waarschijnlijk de laatste plek waar het vogeltje zich had weten te handhaven, maar vuurtorenwachter en amateurvogelaar David Lyall documenteerde in 1894 het uitsterven van dit winterkoninkje aan de hand van vangsten door huiskat Tibbles binnen een jaar: een uitroeirecord.
Een opgezet rotswinterkoninkje (Travesia lyalli). Foto: Te Papa Tongarewa - Online Bird Collection.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
Etappe 25: Sydney/Australië - Hobart/Tasmanië - 26 november - 3 december 2024
1836
De Beagle bezocht Tasmanië (toen: Van Diemenland) tien dagen in februari 1836. Darwin vierde er zijn 27ste verjaardag, bezichtigde havenstad Hobart, beklom Mount Welllington en was onder de indruk van de enorme boomvarens op het eiland. Op het eiland woonden toen ongeveer 36 duizend kolonisten. ‘Alle Aboriginals zijn naar een eiland in Straat Bass gedeporteerd, zodat Van Diemenland het grote voordeel heeft dat er geen inheemse bevolking is. Deze maatregel schijnt onvermijdelijk te zijn geweest, omdat het de enige manier was om een einde te maken aan de berovingen, brandstichtingen en moorden die de zwarten beginnen’, constateert Darwin. Om er wel aan toe te voegen dat dit het gevolg was van ‘wangedrag van sommigen van onze landgenoten.’ Van de ongeveer 5.000 oorspronkelijke Palawa-aboriginals op Tasmanië waren dertig jaar na de kolonisatie nog maar zo’n 100 in leven, voornamelijk door afschot van hun belangrijkste voedselbron: kangoeroes. De resterende en rebelerende Palawa zijn in 1835 gedeporteerd naar Flinders Island en hiervan keerden in 1847 slechts 47 terug op Tasmanië. Naar Truganini, de laatste volbloed Palawa die stierf in 1876, is nu een natuurgebied bij Hobart vernoemd (illustratie).
Een herdenkingsplaquette bij het natuurgebied bij Hobart dat genoemd is naar Truganini (±1812-1976), de laatste volbloed Palawa. Beeld: Special Broadcasting Service, Australia.
2024
De Oosterschelde begint na keerpunt Sydney nu echt aan de terugreis. De zeiltocht langs de kust van New South Wales is goed te doen, maar de onbeschutte oversteek van zeestraat Bass naar Tasmanië kan uitdagend zijn. Hoofdstad Hobart in het zuidoosten van het eiland staat nu bekend als een gastvrije stad, met koloniale historie, traditionele pubs en prima wijngaarden. Natuurliefhebbers hebben wellicht meer oog voor de Lutruwitabossen met de tot 100 meter reikende bergeucalyptus (Eucalyptus regnans), de hoogste loofbomen ter wereld. In die wouden leeft ook het bekendste buideldier van dit eiland: de Tasmaanse duivel (Sarcophilus harrisii, foto), het grootste nog niet uitgestorven vleesetende buideldier. De populatie op het Australische vasteland stierf al zo’n 3.000 jaar geleden uit, mogelijk door de opmars van verwilderde dingo’s (Canis lupus dingo). Ook op Tasmanië neemt de populatie sinds de jaren negentig sterk af, vooral door een besmettelijke vorm van kanker. Hopelijk gaat de duivel niet de weg van de Tasmaanse buidelwolf (Thylacinus cynocephalus): het laatste exemplaar hiervan stierf in 1936 in de dierentuin van Hobart en daar bestaan alleen nog zeer triestmakende filmbeelden van.
Een Tasmaanse duivel (Sarcophilus harrisii). Foto: JJ Harrison
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 24 - Whangarei / Nieuw-Zeeland - Sydney / Australië - 31 oktober-14 november 2024
1836
De Beagle verlaat Nieuw-Zeeland op 30 december en de bemanning viert Oud en Nieuw dus op de Tasmanzee. Op 12 januari 1836 passeert het zeilschip de vuurtoren bij Port Jackson, de haven van Sydney, destijds met 23 duizend inwoners. De aankomst is eerder dan verwacht, waardoor er geen post is van het thuisfront. ‘Ik heb veel zin om te gaan zitten en lekker te huilen’, schrijft Darwin aan zijn zus Susan. Het eerste bezoek aan Sydney vervult hem echter ook met trots. ‘Een schitterende getuigenis van de macht van de Britse natie. (..) Mijn eerste gevoel was mezelf te feliciteren met het feit dat ik als Engelsman geboren ben.’ Darwin onderneemt een expeditie naar de Blue Mountains, koopt als een moderne toerist twee boemerangs en spot in een meertje meerdere vogelbekdieren (Ornithorhynchus anatinus) die als ‘waterratten duiken en spelen aan het wateroppervlak’ (illustratie). Hij zal twee maanden later ook nog acht ‘saaie en oninteressante’ dagen doorbrengen bij King George Sound in het uiterste zuidwesten van Australië en noemt het op vijf na grootste land ter wereld bij zijn vertrek ‘een opkomend kindje en prinses van het Zuiden’.
Litho vogelbekdier (Ornithorhynchus anatinus) van Harriet Scott en Helena Forde (rond 1871).
2024
‘De Tasmanzee, tussen Nieuw-Zeeland en Australië is geen gemakkelijk vaarwater’, waarschuwt de website van zeilschip Oosterschelde. ‘Regelmatig zal er moeten worden gereefd of veranderen we van koers of van zeilvoering. We lossen elkaar af aan het roer en houden ons oog open voor trekkende walvissen en alle soorten zeevogels die we hier kunnen tegenkomen.’ Het zeilschip wordt in de haven van Sydney nu welkom geheten door het iconische Opera House, waarvoor de Deense architect Jørn Utzon zich liet inspireren door zeilen. De Oosterschelde meert af in het hartje van deze wereldstad, met ruim vijf miljoen inwoners, en zal daar twaalf dagen verblijven. De regio rond Sydney kampt, net als de andere Australische kustgebieden, de laatste decennia steeds meer met verwoestende bosbranden en beschikt over een online waarschuwsysteem MyFireWatch dat lijkt op onze Buienradar. Branden bedreigen ook de unieke ‘dinosaurusbomen’ van Wollemi National Park, met nu in het wild nog 89 exemplaren van de slangenden Wollemia nobilis (foto), een ‘levend fossiel’ dat al meer al ruim tweehonderd miljoen jaar bestaat. Een andere toeristische attractie van dit park zijn de blauwoplichtende wormen, larven van Arachnocampa-schimmelvliegen, in oude treintunnels.
Kruin van het 'levende fossiel' de slangenden (Wollemia nobilis). Foto: iNaturalis.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 23 - Fiji - Whangarei / Nieuw-Zeeland - 21 september-1 oktober 2024
1835
Rond Kerst en in negen dagen bezocht de HMS Beagle het Noordereiland van Nieuw-Zeeland. Ze meren aan in Bay of Island en Darwin is dan slecht gehumeurd door de zeeziekte, claustrofobie en heimwee die hem op de zeereis teisterden. De Engelse bewoners – meestal uit Australië gevluchte veroordeelden – noemt hij ‘waardeloze kerels’ en ‘verslaafd aan dronkenschap en alle mogelijke ondeugden’. Ook de inheemse Maori’s noemt hij ‘vuil en weerzinwekkend’ en hij is eigenlijk alleen positief over hun traditioneel begroetingsceremonieel: het neusdrukken (zie litho Antonio Bernati). Deels te voet en per boot en in gezelschap van een zeer spraakzaam Maori-stamhoofd brengt hij samen met kaptein FitzRoy een bezoek aan het Waimate-missiestation. Dit is een oase van Engelse beschaving, compleet met kopjes thee en cricket op het gazon. Darwin roemt zelf de dienstmeisjes met hun ‘helder, keurig en gezond uiterlijk, als van melkmeisjes in Engeland’. Bij zijn vertrek op 30 december noteert Darwin dat iedereen blij was Nieuw-Zeeland te verlaten. ‘Het is geen aangenaam oord. (...) Ik kijk slechts terug op één lichtpuntje, en dat is Waimate, met zijn christelijke bewoners.’
Ceremonieel neusdrukken, het begroetingsritueel van Maori's. Litho Antonio Bernati-Giacomo Casa (1835-87).
2024
De Oosterschelde bezoekt Nieuw-Zeeland twee keer. Eind september is de bestemming het subtropische Whangarei op het Noordereiland en kort na Kerst bezoekt het zeilschip Christchurch op het ruigere en wildere Zuidereiland. Het meer bevolkte Noordereiland staat vooral bekend om de prachtige stranden, geothemische activiteit en Maoricultuur. Het heeft veel natuur, onder meer in de nationale parken Egmont, Te Urewera, Whanganui en Tongariva (zie foto), het oudste park dat nog over een oerbos beschikt met inheemse coniferen, boomvarens en kamahi-bomen (Pterophylla racemosa). In dat gebied is struikheide (Calluna vulgaris), in 1912 geïntroduceerd met het oogmerk op korhoenders te jagen, nu een hardnekkige invasieve exoot die ecologen zorgen baart. Een ander milieuprobleem op Nieuw-Zeeland klinkt bekend: teveel stikstof als gevolg van intensieve melkveehouderij. Zuivel is het belangrijkste exportproduct. Melkveehouders in Nieuw-Zeeland mogen daarom nog hoogstens 190 kilogram stikstof per hectare aan kunstmest aanwenden. Dat leidde al tot flinke boerenprotesten en deze zomer schrapte de centrumrechtste regering de eerder voorgenomen burp tax, gericht op vermindering van methaanuitstoot door vee (BBC, 11 juni).
Mount Tongariro, een steile stratovulkaan op Noordereiland. Foto: Department of Conservation, New Zealand.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 22 - Tongatapu - Fiji - 9-18 september 2024
1835
Zowel Tonga als Fiji lagen niet op de route die HMS Beagle in 1835 over de Stille Oceaan nam. Het blijft dus speculeren wat een hypothetisch bezoek aan de door koraalriffen en atollen omringde Fiji-eilanden betekend zou hebben voor Darwins theorie over de vorming van koraaleilanden. Die in 1842 gepubliceerde theorie was lang zeer omstreden en komt er kortweg op neer dat atollen zich vormen door opwaartse groei van koraal terwijl de zeebodem geleidelijk wegzakt (zie illustratie). In zijn autobiografie claimt Darwin dat deze theorie puur voortkwam uit zijn deductieve geest: ‘De hele theorie is bedacht aan de westkust van Zuid-Amerika voordat ik een echt koraalrif had gezien. Ik hoefde daarom alleen mijn standpunten te verifiëren en uit te breiden door zorgvuldig onderzoek van levende riffen.’ De Fiji-eilanden lijken ideaal voor zo’n toetsing, maar de realitycheck vond in werkelijkheid pas plaats toen de Beagle in april 1836 de atoleilanden Cocos en Keeling in de Indische Oceaan aandeed. Eilanden die de Oosterschelde nu juist niet bezoekt omdat het zeilschip ‘uit logistieke overwegingen’ na Australië oostwaarts naar de Atlantische Oceaan koerst en dus niet helemaal rond de wereld vaart.
2024
Met ruim driehonderd vulkanische eilanden, relatief recent ontstaan en geïsoleerd gelegen in het midden van Stille Zuidzee op de scheidslijn van Polynesië en Melanesië, herbergt Fiji bijzondere endemische soorten, waaronder eigen leguanen, papegaaien en fruitduiven. Het is net zo’n proeftuin voor evolutionaire radiatie als Hawaii en Galapagos, met spectaculaire voorbeelden bij zoetwaterslakjes (Tateidae), groefbijen (Halictidae) en klemkaakmieren (Strumigenys), die wel iets minder tot de verbeelding spreken dan honingkruipers, reuzenschildpadden, darwinvinken of reuzenmadeliefjes. Van veertien van de twintig endemische soorten klemkaakmieren op de Fiji-archipel is bijvoorbeeld met zekerheid vastgesteld dat ze afkomstig zijn van een enkele kolonisatie (Evolution, 2020). Om de ecologische specialisatie van de mieren zo goed mogelijk te analyseren, gingen Japanse evolutiebiologen van het Okinawa Institute of Science and Technology niet over een nacht ijs. Van de miersoorten is het dna gesequenst en is met röntgenmicrotomografie en 3D-morfometrie zowel het genotype als fenotype zo volledig mogelijk in kaart gebracht (zie foto: een 3Dmodel Strumigenys nidifex). Door exacte metingen aan lichamen, ogen en vooral aan de typerende kaken kon worden vastgesteld dat klemkaakmieren in het hoogland groter zijn en over kortere kaken beschikken, waardoor ze grotere prooien kunnen vangen.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 21 - Rarotongo - Tongatapu - 26 augustus - 8 september 2024
1835
Op weg van Tahiti naar Nieuw-Zeeland passeert HMS Beagle begin december 1835 de Tonga-eilanden op een paar honderd kilometer. Dat ze 11 december een paar witte sterns zien betekent nog niet dat er land nabij is, tekent kapitein Robert FitzRoy in zijn dagboek op. ‘Vogels met korte vleugels, zoals aalscholvers of jan-van-genten, gaan zelden honderd mijl van het land af’, schrijft hij. Maar buiten het broedseizoen bieden ‘vastberaden zeevogels, zoals albatrossen en de hele stormvogelfamilie’ volgens FitzRoy geen enkele leidraad voor de aanwezigheid van land. Het Koninkrijk Tonga is pas in 1875 gesticht door Koning Tupou I, die de eilandengroepen Vava’u, Ha’apai en Tongatapu samenvoegde. De inwoners van Tongatapu waren vanaf 1826 al wel gekerstend door zendelingen van de London Methodist Society, waar onder meer een in 1835 gebouwde kerk bij Peka nu nog aan herinnert. Een voor geologen minstens zo’n aansprekend ‘monument’ is de Tsunami Rock, van zeven brokken koraal – de grootste van zo’n 30 bij 10 meter (zie foto) – die waarschijnlijk ooit op de kust zijn geworpen als gevolg van een zeebeving na instorting van een submariene vulkaan (Frontiers in Earth Science, 2021).
2024
Deze zomer viel Koninkrijk Tonga bij de Olympische Spelen helaas buiten te prijzen, maar het is nog wel steeds het kleinste onafhankelijke land dat ooit een medaille won op de Zomerspelen: een zilveren medaille door superzwaargewicht bokser Paea Wolfgramm in 1996. Pule’anga Fakatu’l ‘o Tonga , zoals het koninkrijk in het Tongaans voluit heet, bestaat uit 177 eilandjes waarvan er 36 permanent worden bewoond door zo’n honderdduizend onderdanen. De Nederlandse ontdekkingsreizigers Willem Schouten en Jacob Le Maire waren in 1616 de eerste westerlingen die Tonga bezochten en Abel Tasman doopte het hoofdeiland Tongatapu in 1643 tot Amsterdam. Hij ruilde daar wit katoen, een oud zeildoek, spijkers, twee spiegels en wat kralen tegen water, tientallen varkens, zeventig kippen, kokosnoten en bananen. Landbouwproductie, van met name yams, pompoenen, vanille, watermeloenen en peulvruchten, is nog altijd een steunpilaar van de economie van Tonga. De flora vertoont veel overeenkomsten met de nabijgelegen Samoa- en Fiji-eilanden en qua dierleven is het Koninkrijk vooral bekend van de endemische en geelgekleurde Tongafluiter (Pachycephala jacquinoti, foto) en fruitetende Tongavleerhond (Pteropus tonganus).
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 18-20 - Mangareeve - Papeete - Rarotongo - 8 juli-23 augustus 2024
Westwaarts op weg naar Tahiti passeert de Beagle de datumgrens en daardoor ontbreekt 16 november 1835 in het logboek. Darwin is vol bewondering over de Tahitiaanse mannen die volgens hem lang, breedgeschouderd en atletisch gebouwd zijn, maar minder gecharmeerd van de vrouwen. ‘Een onflatteuze mode is (...) het cirkelvormig afknippen of liever afscheren van het haar boven op het hoofd’, schrijft Darwin. ‘Maar het is mode en dat voldoet als antwoord op Tahiti net zo goed als in Parijs.’ Hij maakt ook een driedaagse excursie naar het binnenland en raakt onder de indruk van de grote hoeveelheid groenten en fruit die de Tahitianen eten: ‘Ik heb nog nooit mensen zoveel zien eten.’ Voor hun vertrek moet kapitein FitzRoy nog een akkefietje afhandelen met Koningin Pomare IV (afbeelding): een openstaande rekening van 3.000 dollar wegens plundering van een Brits vrachtschip. De koningin belooft dit te betalen in natura: in 36 ton pareloesterschelpen. Ter afsluiting krijgt ze op 22 november een ontvangst en diner op HMS Beagle. Volgens Darwin heeft ze een sombere uitstraling en ‘maar één koninklijk kenmerk: een perfecte onbeweeglijkheid onder alle omstandigheden’.
2024
Wellicht vanwege het aanbreken van de zomervakantie doet de Oosterschelde niet alleen het populaire Tahiti aan, maar nog een trits tropische Polynesische eilanden waaraan HMS Beagle voorbijvoer, zoals Bora Bora en de Cookeilanden. Etappe 19 belooft een bezoek aan ‘schilderachtige stranden’, ‘mooie ankerplekken’ en ‘beroemde watervallen’ en eindigt zelfs waar die begint: in Papeete op Tahiti. Op de etappe naar de Cookeilanden staat waarschijnlijk een sterke passaatwind, wat hoge golven en een snelle, slingerende overtocht belooft. Eindbestemming Rarotonga is het grootste en dichtstbevolkte eiland van de vijftien Cookeilanden, een onafhankelijke staat geassocieerd met Nieuw-Zeeland. Het vulkanisch eiland bestaat voornamelijk uit basalt en centraal in het binnenland bevindt zich een bergketen met als hoogste top de Te Manga van 652 meter. Op de berghellingen groeit nog relatief ongestoord regenbos, met de endemische mato-wilg Homalium acuminatum en de prachtig roodbloeiende composiet Fitchia spesiosa (foto links) en myrtevertegenwoordiger Metrosideros collina (foto rechts). De Polynesische koraaleilanden staan natuurlijk vooral bekend als paradijzen met blauwe zee, hagelwitte stranden, wuivende palmbomen en stralende zon, maar kampen steeds vaker met de gevolgen van zeespiegelstijging, overbevissing, oceaanverzuring, afvaldumping en koraalverbleking.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 17 - Rapa Nui - Pitcairn - Mangareva - 13-26 juni 2024
1835
Ook in Pitcairn en Mangareva zette Darwin geen voet aan wal. HMS Beagle verliet de Galapagos-archipel op 20 oktober 1835 vanaf Isla Pinta, het eiland waar later de beroemde reuzenschildpad Lonesome George het levenslicht zag. Deze laatste vertegenwoordiger van de schildpadsoort Chelonoidis abingdonii stierf op 24 juni 2012 op 102-jarige leeftijd, ontheemd in het Charles Darwin Research Station op Santa Cruz. De etappe Galapagos-Tahiti was met 5.700 kilometer de langste oversteek die de Beagle maakte en duurde bijna een maand. Een flink stuk ten noordwesten van Pitcairn en Mangareva voer het schip langs de vele ringvormige lagune-eilanden van de Tuamota Archipel (zie foto). Die draagt zijn bijnaam Gevaarlijke of Lage Archipel niet voor niks: het gebied zit vol ondiepe riffen rond atollen die zo laag zijn dat ze niet altijd door zeelui opgemerkt worden. ‘Deze lage eilanden staan in geen enkele verhouding tot de uitgestrekte oceaan waaruit ze verrijzen’, schrijft Darwin. ‘Het is verwonderlijk dat ze niet reeds lang zijn weggespoeld door de oppermachtige en rustloze golfslag van die grote zee, die ten onrechte de naam Stille Oceaan draagt.’
2024
Het kleine Pitcairn Island, nog kleiner dan Rottumerplaat, dank zijn faam aan een ander Brits schip: HMAV Bounty. Naar dit eiland vluchten negen matrozen na hun muiterij in 1790, in gezelschap van negentien Tahitiaanse metgezellen. De circa vijftig huidige bewoners stammen van hen af en op het dorpsplein van Adamstown hangt de scheepsbel van de Bounty. Het eiland heeft geen vliegveld of haven en wordt wel beschouwd als de meest afgelegen plaats ter wereld. Een belangrijke inkomstenbron is verkoop van postzegels aan verzamelaars, zoals die van Murphy’s stormvogel (Pterodroma ultima, illustratie), een algemene broedvogel op eilanden in de oostelijke Stille Oceaan en vernoemd naar een Amerikaanse zeevogelexpert. De Oosterschelde doet ook het drie keer zo grote Mangareva aan, hoofdeiland van de Gambiereilanden. Oorspronkelijk een dicht bebost eiland dat een vergelijkbare ontbossing onderging als Paaseiland. Ook hier stierf een groot deel van de lokale bevolking door introductie van infectieziekten door zendelingen en kolonisatoren. Op het eiland en omringde atollen komen 45 vogelsoorten voor, waaronder de endemische Tuamotu-strandloper (Prosobonia parvirostris), Mangareva-ijsvogel (Todiramphus gambieri), saffierlori (Vini peruviana), Mangarevakarekiet (Acrocephalus astrolabii) en Polynesische grondduif (Pampusana erythroptera).
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 16 - Galapagos - Rapa Nui - 19 mei-14 juni 2024
1835
HMS Beagle zet 20 oktober 1835 rechtstreeks koers naar Tahiti: Darwin heeft Paaseiland (Rapa Nui) dus nooit bezocht. Dit meest afgelegen bewoonde eiland in de Stille Oceaan is ruim een eeuw eerder, op Paasdag 5 april 1722, ‘ontdekt’ door de Middelburger Jacob Roggeveen, die het prompt Paasch Eyland doopte. Roggeveen is voor de West-Indische Compagnie met drie schepen en 224 mannen op zoek naar het mythische Zuidland (Terra Australis). Hij treft op het rotseiland zo’n twee-tot drieduizend Polynesische bewoners aan, waarvan er tien door een misverstand in paniek worden doodgeschoten. Toch krijgt Roggeveen na dit eendaagse bezoek nog zo’n zestig kippen en dertig trossen bananen van de gastvrije bevolking, de makers van de kolossale Moai-beelden. Daarna krijgt Paaseiland nog bezoek van Spanjaarden (1770), Engelsen (1774), Fransen (1786, illustratie) en Russen (1802), tot in het echte rampjaar 1862 Peruaanse slavenschepen opdoemen. Die voeren een derde van de bevolking af voor dwangarbeid in mijnen. Slechts vijftien keren terug op Rapa Nui, waarbij minstens één de pokken op het eiland introduceert. In 1877 zijn er nog 110 Paaseilanders over en in 1880 annexeert Chili het eiland.
2024
Er is veel geschreven over de mysterieuze en kolossale Moai-beelden op Rapa Nui (letterlijk: grote rots): er zijn er zo’n negenhonderd uitgehouwen en nu staan er vijftig rechtop. Het eiland – ter grootte van Texel – is al voor 1250 gekoloniseerd door waarschijnlijk maar één bootlading Polynesiërs. Rapa Nui is door meerdere auteurs (waaronder bioloog Jared Diamond, Collaps, 2005) gebombardeerd tot afschrikwekkend voorbeeld van uitputting van hulpbronnen en ecologische ineenstorting. Zo zijn zeker zeven inheemse vogelsoorten – een reiger, ral, hoen, uil, stormvogeltje en twee papegaaien – inmiddels uitgestorven, net als de grote inheemse palmboom (Paschalococos disperta). De oogst van stammen voor verplaatsing van de 18 ton zware beelden zou tot kaalkap hebben geleid, gevolgd door stammenstrijd, hongersnoden en zelfs kannibalisme. Onder meer de Leidse milieubioloog Jan Boersema weerspreekt die culturele en ecologische instorting door overexploitatie en denkt dat vooral de geïntroduceerde – nu daar uitgestorven – Polynesische rat (Rattus exulans, zie foto) de paaseilandpalmen de das omdeed (Beelden van Paaseiland, 2020). Sinds 1995 staat Rapa Nui op Unesco’s Werelderfgoedlijst en nu vormen stijgende aantallen invliegende toeristen – zo’n 120 duizend op 8 duizend inwoners (in 2018) – de grote ecologische uitdaging.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 15 - Puerta Lucía - Galapagos - 14-25 april 2024
1835
Het is dé iconische halte van de Darwin200-expeditie, maar echt een hardnekkige misvatting dat Charles Darwin hier in 1835 zijn evolutionaire eurekamoment beleefde. Hij zet voet aan wal op vier Galapagoseilanden – San Cristóbal, Floreana, Isabela en Santiago – en gaat daar vooral op jacht naar vulkanen. Vanwege stromingen kost een eilandbezoek veel tijd, waardoor Darwin minder dan de helft van de veertig dagen aan wal doorbrengt. Hij is onder de indruk van zeeleguanen (Amblyrhynchus cristatus, ‘walgelijke klungelige hagedissen’; zie foto) en de tamheid van vogels: een flinke Galapagosbuizerd (Buteo galapagoensis) landt – heel onverstandig – op de loop van zijn geweer. Hij noteert ook dat reuzenschildpadden en spotvogels per eiland verschillen, signaleert dat de vogels verwant zijn aan die van Zuid-Amerika, maar verzamelt helaas de vogels van meerdere eilanden in één zak. Darwin ontleedt een zeeleguaan en houdt een levend exemplaar zelfs een uur onder water om vast te stellen dat ze zwemmend en duikend op wieren grazen. Hij maakt een plezierritje op een reuzenschildpad en de Beagle neemt bij vertrek liefst veertig landleguanen en vijftig levende reuzenschildpadden mee: als proviand (en twee kleine schildpadjes als huisdier).
2024
Galapagos is na Hawaii de meest bestudeerde archipel voor soortsradiatie: met minstens veertien soorten darwinvinken, veertien (onder)soorten reuzenschildpadden en vijftien soorten boom- en struikvormige Scalesia-composieten, die endemisch op de Galapagosarchipel voorkomen. In 1835 was de archipel nog vrijwel onbewoond, maar nu wonen er minstens 25 duizend mensen op de eilanden Santa Cruz, Isabela, San Cristobal en Floreana en krijgt de archipel jaarlijks zo’n 220 duizend toeristen op bezoek. Rond 1965 startten de eerste cruises en dat valt ongeveer samen met de oprichting van onderzoekstation Estacion Scientifica Charles Darwin en de instelling van maatregelen voor natuurbescherming. Vanaf 1959 is 97,5 procent van het landoppervlak een beschermd natuurgebied en vanaf 1998 is 200.000 vierkante kilometer aangewezen als zeereservaat. Voor invasieve soorten – ratten, katten, varkens, maar ook vuurmieren – zijn uitroeiingprogramma’s opgesteld en een fokprogramma voor reuzenschildpadden heeft meerdere (onder)soorten van de ondergang gered. Zo zijn eind 2017 ruim zevenduizend juveniele schildpadden teruggezet op oorsprongseilanden. Een politiek beladen onderwerp is de regulatie van de vangst aan eetbare zeekomkommers, met name van de in Azië geliefde – maar ook bedreigde – pepino del mar (Isostichopus fuscus, foto).
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 14 - Calao - Puerto Lucía - 31 maart-7 april 2024
1835
Darwin brengt vanaf 19 juli 1835 zo’n zeven weken door in Peru. Hij zette nooit voet aan wal in continentaal Ecuador en heeft dus ook Puerto Lucía niet bezocht. Afgezet in de havenstad Callao reist Darwin per postkoets naar Lima in gezelschap van zijn toen 19-jarige assistent Sym Covington, een scheepsjongen die hij tijdens de reis in dienst nam. Van Covington zijn acht aquarellen bekend die hij op reis naar Lima maakte en op zeven daarvan figureren vrouwen (zie: drie Lima-aquarellen). Ook Darwin was blijkbaar onder de indruk van de ‘Lima Ladies’, gekleed in weinig onthullende mantels. ‘De dames overtroffen, zoals zeemeerminnen, alles; ik kon mijn ogen niet van hen afhouden’, schrijft Darwin en hij roemt hun ‘witte zijden kousen’ en ‘zeer mooie voeten’. Intussen evacueert kapitein FitzRoy de overlevenden van het Britse schip HMS Challenger, die in Chili op de klippen is gelopen, en zet ze in Concepción op terugreis naar huis. Begin september pikt hij de zich vervelende Darwin en reisgenoten weer op bij Callao en de Beagle vaart daarna in zo’n tien dagen rechtstreeks naar de Galapagoseilanden.
2024
Het voormalige vissersdorpje Puerto Lucía functioneert nu vooral als jachthaven en ligt ten westen van havenstad Guayaquil, nu de grootste stad in Ecuador. Het ligt vlak bij de populaire zandstranden van Chipipe en Salinas. Daar bevindt zich ook het Museo de Ballenas, een walvismuseum dat is opgericht door de Fundación Ecuatoriana para el Estudio de Mamíferos Marinos. Het museum herbergt de grootste collectie zeezoogdierskeletten van Ecuador, van vier soorten baleinwalvissen – met als pronkstuk een compleet skelet van de bultrugwalvis (Megaptera novaeangliae) –, tien soorten dolfijnen en tandwalvissen en drie soorten zeeleeuwen. April is een beetje te vroeg, maar tussen juni en september zijn er ook bootexcursies te boeken om voor de kust van Nationaal Park Machalilla de soms spectaculair uit het water springende bultruggen (foto) te observeren. De bultruggen migreren dan vanuit de Antarctische wateren naar de warmere wateren van de Stille Oceaan om zich voort te planten. Dat walvisspotten is eventueel te combineren met een bezoek aan Isla de la Plata, het ‘kleine Galapagoseiland’, waar in ieder geval alvast galapagoszeeleeuwen (Zalophus wollebaeki) en blauwvoetgenten (Sula nebouxii) te zien zijn.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 13 - Valparaíso - Calao - 12-23 maart 2024
1835
‘In rechte lijn noordwaarts bedraagt de afstand langs de kust slechts 420 mijl, maar door mijn manier van reizen werd het een heel lange tocht’, schrijft Charles Darwin over zijn reis te paard door Noord-Chili. In twee maanden reist hij over land van Valparaíso naar Copiapó om daar weer te worden opgepikt door de Beagle. Zijn tocht voert langs meerdere mijngebieden waar metalen worden gedolven en de trapvormige grindterrassen bij Huasco. In Arqueros geniet hij van zijn nachtrust: ‘door iets wat men in Engeland niet geheel zal begrijpen, namelijk de afwezigheid van vlooien!’ Volgens hem blijven vlooien op een hoogte van negen-tot twaalfhonderd meter simpelweg niet in leven, hoewel hij er geen goede verklaring voor heeft. In Peru bezoekt hij de ruïnes van het in 1746 door een aardbeving en vloedgolf verwoeste oude Callao en van een oud indiaans dorp. ‘Wanneer men kijkt naar hun aardewerk, wollen kleren, sierlijk gevormde voorwerpen (...), koperen gereedschappen, sierraden met edelstenen, paleizen en waterbouwkunde, moet men wel respect voelen voor hun aanzienlijke vorderingen in de beschavingskunsten’, constateert Darwin. Hun grafheuvels of huacas (zie foto: Huaca Pucllana, bij Lima, Paulo JC Noguiera) noemt hij zelfs ‘waarlijk verbijsterend’.
2024
In Peru staan behalve Lima’s Circuito Mágica del Agua ook zeevogels en walvissen spotten of zwemmen met dolfijnen hoog op het programma van touroperators. Ze bevelen tevens een bezoek aan de Ballestas-eilanden – ‘het Galapagos voor de armen’ – hartelijk aan. Op die grillig gevormde eilanden leven zeeleeuwen of oorrobben (Otaria flavenscens) en zeevogels als humboldtpinguïns (Spheniscus humboldti, zie foto) en -aalscholvers (Leucocarbo bougainvillii). De eilanden bestaan uit kalksteen en guano, maar liggen te dicht bij de kust om unieke endemische soorten te herbergen. Een vergelijkbaar natuuruitje vormen de vier Palomino-eilanden – ‘het kleine Galapagos van Lima’ –, die dichter bij Callao liggen. Ze zijn vooral in zwang vanwege de grote kolonies zeeleeuwen. Het kan er vanwege vogelpoep flink stinken, maar zwemmen met zeeleeuwen schijnt veel te vergoeden. Ballestas en Palominos zijn onderdeel van Reserva National Sistema de Islas y Puntas Guaneras (RNSIIPG), die 22 eilanden(groepjes) met een totaaloppervlak van 140 duizend hectare langs de Peruaanse kust beheert. De organisatie beschermt de aanwezige soorten, bevordert wetenschappelijk onderzoek en educatie, en zorgt voor een duurzaam beheer van de guano en bestanden aan vissen en ongewervelde zeedieren.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 12 - Concepción - Valparaíso - 29 februari-3 maart 2024
1835
‘Nooit heb ik gedurende eenzelfde spanne tijds zoveel genoten’, schrijft Charles Darwin over de vier weken dat hij rondtrekt door de Cordillera achter Valparaíso en Santiago de Chili. Zijn metgezellen op zijn grootste geologische excursie door het Andesgebergte zijn een muildierdrijver, tien muildieren en een madrina. ‘De madrina (of peetmoeder) is een hoogst belangrijk personage, namelijk een oude, bezadigde merrie met een belletje om de nek; en overal waar ze gaat, volgen de muildieren haar als brave kinderen’, aldus Darwin. ‘Van onze tien dieren waren zes bestemd om op te rijden en vier voor het dragen van lasten.’ Hij gaat helemaal los op de geologie van het gebied en ontdekt bij Agua de la Zorra zowaar een versteend woud met zo vijftig boomstronken. ‘Er was weinig geologisch inzicht nodig om te begrijpen wat voor schitterende geschiedenis hier werd verteld.’ De flink leeggeroofde vindplaats staat nu bekend als Darwin Forest, een subtropisch bos uit het Midden-Trias met 240 miljoen jaar oude coniferen, corystospermen (‘zaadvarens’) en ondergroei van paardenstaarten en varens (zie reconstructie, Revista de la Asosciación Geológica Argentina, 2009).
2024
Met de Humboldtstroom in de rug is het maar drie dagen zeilen van Talcahuano naar Valparaíso (‘Klein San Francisco’), waar nu de Ascensore (kabelbaan en liften) het belangrijkste openbare vervoermiddel is. Dicht naast het hoge Andesgebergte liggen voor de Chileense kust ook zeer diepe troggen. Veel zeevogels, zoals meeuwen en jan-van-genten, profiteren van de voedselrijke zeestroom en verzamelen zich op eilanden voor de kust. Die raakten in het verleden bedekt door dikke lagen geconcentreerde vogelpoep of guano. Vanaf 1840 kwamen grote Europese zeilschepen hier om scheepsladingen guano te winnen en toe te passen als ‘een voor den landbouw onmisbaren mestspecie’. Hiervoor werkten lokale arbeiders onder erbarmelijke omstandigheden en zorgden de afgravingen daarnaast ook voor grote verstoring van kolonies broedende zeevogels. Een situatie die eindigde door uitputting van de guanovoorraden, winning van chilisalpeter in de Atacamawoestijn in Noord-Chili en de opkomst van kunstmest. Het kustgebied bij Valparaíso, zoals Estuario del Rio Maipo, is nu juist in zwang voor het spotten van vogels als de Amerikaanse schaarbek (Rynchops niger, zie foto), de chili- of humboldtpelikaan (Pelecanus thagus) en Zuid-Amerikaanse zwarte scholekster (Haematopus ater).
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 11 - Punta Arenas - Talcahuano - Concepción - 9-21 februari 2024
1834-1835
Ruim een week na zijn 26ste verjaardag maakt Charles Darwin in de Chileense vestingstad Valdivia ‘de zwaarste aardbeving die de oudste inwoner zich kan herinneren’ mee. ‘De aarde, hét symbool van alles wat vast is, beweegt onder onze voeten als een korst boven een vloeistof’, schrijft hij. De enorme schade van de beving en daarop volgende tsunami ziet hij twee weken later in de haven Talcahuano van Concepción. ‘De hele kust was bezaaid met stukken hout en huisraad, alsof duizend grote schepen waren vergaan’, beschrijft Darwin. ‘In Concepción was elk afzonderlijk huis (...) een puinhoop (...) geworden; in Talcahuano echter (...) was weinig meer te zien dan een laag bakstenen, dakpannen en hout.’ De verwoesting van Concepción noemt hij daarom juist ‘schrikwekkender’ en – ‘als ik me zo mag uitdrukken’ – ‘schilderachtiger’ (zie tekening). Zijn observaties aan vulkanen en aardbevingen en de vondst van fossiele zeeschelpen op 4.000 meter hoogte in het Andesgebergte (Revista de la Asociación Geológica Argentina, 2009) overtuigen hem dat opheffing van gesteente (tektoniek) het gevolg is van ‘gewone’ en langdurige geologische processen.
2024
Op weg naar Concepción passeert de Oosterschelde het bijna schiereiland Chiloé, waar Darwin uitgebreid veldwerk deed. Dat is nog steeds de plek waar de nu bedreigde en naar Darwin genoemde bekbroedende puntneuskikker (Bombinator darwinii, zie foto) en Darwins vos (Lycalopes fulvipes) leven. Het eerste exemplaar van deze hondachtige verzamelde hijzelf op het eiland San Pedro door het dier van achteren te besluipen en met een geologische hamer een tik op de kop te geven. Er leven nu nog minimaal 227 vossen op het Chileense vasteland en 412 op Chiloé, maar die populaties worden bedreigd door bosfragmentatie en verwilderde honden (IUCN Red List, 2016). De Oosterschelde vaart langs meerdere kolonies pinguïns, zeehonden en zeerobben en eindigt deze etappe in de haven van Concepción. Dit is de hoofdstad van de regio Biobío, met veel visserij, bos- en mijnbouw. De regio dankt haar naam aan de Río Biobío die bij Concepción uitmondt in de Stille Oceaan en wordt gevoed door de gletsjermeren Laguna Icalma en Galletué in de Andes. Meren omringd door gematigd regenwoud met de bizarre en altijd groene ‘pèhuen’, apenboom of slangenden (Araucaria araucana). De nationale boom van Chili die ook hier menig voortuin (ont)siert.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 10 - Stanley - Punta Arenas - 13-21 januari 2024
1834
‘Een naargeestiger uitzicht heb ik nooit gehad; de sombere met sneeuw bespikkelde wouden zijn slechts vaag zichtbaar door de nevelige lucht’, zo beschrijft Charles Darwin de baai van Puerto del Hambre in Tierra del Fuego. Hij bezoekt in 1834 voor de derde keer Vuurland en zowel het desolate landschap als de ‘naakte wilden’ in kano’s (zie afbeelding: schilderij Conrad Martens) maken een onuitwisbare indruk op hem. Dat geldt ook voor het totaal mislukte ‘experiment’ om drie eerder gegijzelde Vuurlanders van de Yaghan- of Yámama-stam – o’rundel’lico (Jemmy Button), el’leparu (York Minster) en yok’cushly (Fuegia Basket) – daar te ‘herintroduceren’ en hun stamgenoten te bekeren en beschaven. Het brengt Darwin tot het besef hoe dun en bepalend een laagje cultuur kan zijn. ‘Als je zulke mensen bekijkt, kun je je nauwelijks voorstellen dat het medeschepselen zijn en inwoners van dezelfde wereld’, schrijft hij. ‘De natuur heeft, door gewoontes almachtig en effecten ervan erfelijk te maken, Vuurlanders aangepast aan hun klimaat en de producten van hun land.’ De Beagle bereikt 10 juni 1834 via de Straat van Magellaan de Stille Oceaan.
2024
Van de oorspronkelijke Vuurlanders is, mede door import van mazelen in 1883, niemand meer in leven. Op 16 februari 2022 stierf de laatste volbloed nazaat van de Yaghanstam, de 93-jarige door Britse missionarissen gedoopte Cristina Calderón, dankzij wie nog verhalen en een woordenboek in haar moedertaal zijn vastgelegd. In Vuurland herinneren het Beaglekanaal, de bergketen Darwin en Monte Fitz Roy aan de Britse bezoekers uit de 19de eeuw. Punto Arenas ligt niet ver van de voormalige nederzetting bij Puerto del Hambre (Port Famine) die de Beagle bezocht, maar is pas eind 1848 opgericht. De meest zuidelijke Chileense regiohoofdstad is nu een uitvalsbasis voor toeristen die de gletsjers, meren en fjorden van Vuurland bezoeken. De invloed van klimaatverandering is merkbaar in het in 2005 door Unesco uitgeroepen biosfeerreservaat Cabo de Hornos, dat bekendstaat om de bijzondere mossen en de meest zuidelijk gelegen regenwouden op aarde. Punto Arenas biedt ook een buitenkansje: bemanning en passagiers van driemastschoener Oosterschelde kunnen zonder gevaar voor zeeziekte rondlopen op de enige replica van de tweemastbrik Beagle op ware grootte (zie foto) in Museo Nao Victoria. Waar ook een replica ligt van de Victoria, het schip waarmee Magellaan als eerste rond de wereld zeilde.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan
ETAPPE 8-9 - Santa Cruz - Stanley - 20 december 2023-5 januari 2024
1832-1834
Tussen november 1832 en mei 1834 vaart de Beagle voor hydrografische metingen meerdere keren heen en weer langs de kust van Patagonië en bezoekt ook twee keer in maart de Islas Malvinas (Falklandeilanden). Die hebben de Britten toen net in bezit genomen, maar op Darwin maken ze een ‘troosteloze en ellendige indruk’. Hij spot daar ook het enige inheemse zoogdier: de extreem tamme en nieuwsgierige warrah of Falklandwolf (Dusicyon australis). Darwin voorspelt (correct) dat deze vos al spoedig ‘wordt geclassificeerd als de dodo, als een dier dat van de aardbodem is verdwenen’. Hij merkt ook op dat vossen op het westelijke eiland ‘kleiner en roder van kleur zijn dan die van het oostelijke eiland’, wat vast heeft bijgedragen aan zijn latere inzichten over evolutie van eilandsoorten door isolatie. Vlak voor ronding van Kaap Hoorn via Straat Magelaan maakt de Beagle op 16 april 1834 nog een ‘pitstop’ in de monding van Rio Santa Cruz in Patagonië om schade aan de kiel te repareren (zie iconische illustratie van Conrad Martens). Het droogvallen bij laag tij noemt Darwin ‘een netelige operatie’ waarvoor ‘slechts één tij voldeed’ om het schip te herstellen.
Kielinspectie HMS Beagle in monding Rio Santa Cruz. Illustratie: Thomas Landseer, naar schets Conrad Martens, 1839, British Library.
2023 -2024
De Oosterschelde heeft richting Falklandeilanden waarschijnlijk stevig de wind in de rug. Een bijzondere bestemming ‘niet alleen door de bewogen geschiedenis, maar ook door de overweldigende natuur’, staat op de website van het zeilschip. ‘Op de Falklandeilanden leven maar liefst vijf verschillende soorten pinguïns en de grootste kolonie albatrossen ter wereld.’ De eilanden zijn de favoriete bestemming van expeditieleider Steward McPherson en ze figureren prominent in zijn documentaireserie Britain’s Treasure Islands van 2016. Naast de veelvoorkomende Magelhaenpinguïn (Spheniscus magellanicus) zijn er ook kolonies rotspinguïns (Eudyptes chrysocom), macaronipinguïns (E. chrysolophus), koningspinguïns (Aptenodytes patagonicus) en ezelspinguïns (Pygoscelis papua). De laatsten zijn met 40 kilometer per uur de snelst zwemmende pinguïns en danken hun naam aan het balkend geluid dat ze voortbrengen. De Falklandeilanden herbergen ook grote kolonies zeeleeuwen, pelsrobben en zeeolifanten en worden frequent bezocht door dolfijnen, walvissen en orka’s. Voor de op het zuidelijk halfrond rondzwervende wenkbrauwalbatrossen (zie foto, in 1828 voor het eerst beschreven door de Nederlandse zoöloog en Naturalis-oprichter Coenraad Temminck als Thalassarche melanophris) zijn de eilanden van groot belang. Bijna twee derde van de ruim zeshonderdduizend broedparen aan wenkbrauwalbatrossen (Emu, 2007) broedt op de Falklandeilanden.
Een wenkbrauwalbatros. Foto: Jason Auch
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 7 - Puenta del Este - Puerto Madryn - 4-12 december 2023
1832
‘Ik heb zojuist de geur geroken van enkele fossiele botten van een mammoet, wat het zijn weet ik niet, maar – al moet ik hemel en aarde bewegen – ze zullen van mij zijn’, schrijft Darwin over de vondst op 23 september 1832 van een enorme schedel ingebed in een rotswand bij Punta Alta in Argentinië. Hij spendeert drie uur om het fossiel uit het gesteente te halen en komt er pas na het invallen van de nacht mee terug op de basis. Het is een prima tijdsinvestering, want de naar Engeland opgestuurde skeletresten krijgen een juichend ontvangst. Ze worden herkend als resten van een Megatherium (illustratie: Memoir on the megatherium, Richard Owen, 1861), een reuzenluiaard en het grootste tweebenige zoogdier dat ooit rondliep, en in 1833 tentoongesteld op de bijeenkomst van de British Association for the Advancement of Science in Cambridge. ‘Door de felbegeerde botten van Megatherium naar huis te sturen, is je naam waarschijnlijk vereeuwigd’, schrijft een vriend aan Darwin. Van deze – en andere door Darwin gevonden spectaculaire fossielen – zijn nu gedigitaliseerde 3D-versies te bekijken op de website van het Natural History Museum in Londen.
2023
Oorspronkelijk stond als 7de etappe de simpele oversteek van Montevideo naar Buenos Aires over de Bahia Blanca op het programma, maar dat is inmiddels bijgesteld van Punta del Este naar Puerto Madryn. Nog steeds een overgang van Uruguay naar Argentinië en de Oosterschelde zet nu koers naar Patagonië, de door Magelhaan tot ‘Land van de grote voeten’ (Patagaõ) gedoopte staart van Zuid-Amerika. Hier strijdt het schip tegen de sterke Falklandstroom en de Pampero, de zeer plotseling opkomende zuidwestelijke valwind die vanaf de hoogvlaktes neerdaalt. Langs de kust kunnen passagiers naar hartenlust de valkachtige kuifcaracara (Caracara plancus) en chimango’s (Milvago chimango) spotten. De wateren rond Puerto Madryn staan verder bekend om de kolonies zeeleeuwen, zeeolifanten en pinguïns, maar in deze tijd vooral als gebied waar zuidkapers (Eubalaena australis, foto) afkalven. De walvissen bevallen en verzorgen hun jongen in het warmere water van Golfo Nuevo en zijn vanaf het strand te bekijken of anders (als skelet) in het moderne Centro de Visitantes Istmo Ameghino of historische Museo Provincial de Ciencias Naturales y Oceanografico van Puerto Madryn.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 6 - Rio de Janeiro - Punta del Este - 14-25 november 2023
1832
‘Mijn metgezellen waren gewapend met pistolen en sabels, een voorzorgsmaatregel die mij overbodig leek, maar het eerste nieuws dat we hoorden was dat de dag tevoren een reiziger uit Montevideo dood op de weg was aangetroffen, met doorgesneden keel’, meldt Darwin, die 26 juli 1832 voet aan wal zette bij Montevideo. Daar maakte de Beagle zich gereed om in twee jaar de Amerikaanse zuidoostkust in kaart te brengen, terwijl Darwin vooral te land en te paard de oevers van de Rio del Plata doorkuist. Vanuit Maldonado, nu vastgegroeid aan vakantieoord Punta del Este, schiet hij er tien weken lustig op los. In één ochtendwandeling verzamelt hij tachtig vogelsoorten (‘veel daarvan waren buitengewoon fraai’). Van de ‘patrijzen’ – eigenlijk Nothura’s uit de tinamoefamilie – constateert Darwin dat ze ‘zich niet verbergen zoals de Engelse soort’. ‘Het lijkt een heel gekke vogel. Een man te paard kan, door steeds maar rondjes te rijden in een cirkel, of beter gezegd in een spiraal, hem net zoveel op het hoofd slaan als hij wil.’ Een later door hem verzamelde Nothura-soort draagt desondanks zijn naam: Nothura darwinii (zie afbeelding: uit vogelcatalogus British Museum, 1895).
2023
In de etappe van Río de Janeiro naar Punta del Este verlaat de Oosterschelde de tropen en dat is op zee voelbaar. ‘De nachten zijn koeler en het weer is onstabieler’, waarschuwt de website van het zeilschip. ‘Ten zuiden van 35ste breedtegraad waait de wind steeds westelijker en om niet te veel westwaarts af te drijven blijven we dicht bij de kust.’ Punta del Este is nu een populair vakantieoord in Uruguay, met uitgestrekte badstranden en op Playa Brava het veel gefotografeerde kunstwerk van de Chileense kunstenaar Mario Irarrázabal, La Mano (foto): vier menselijke vingers en een duimtopje die uit het strand steken, een eerbetoon aan de drenkeling. Ook een bezoek aan het Lussich Arboretum in Maldonado lijkt onvermijdelijk. Hier startte de Uruguayaanse zeeman en schrijver Antonio Lussich (1848-1928) zo’n 125 jaar geleden onbewoonbaar terrein te beplanten met bomen, zoals Tamarix (zeeden), Eucalyptus en Acacia. Hij wilde zo de harde oceaanwind temperen en vogels aanmoedigen hier te nestelen. Zijn erfenis is een 182 hectare grote bomentuin met vierhonderd exotische en zeventig endemische boomsoorten en nu een van de belangrijkste bosreservaten ter wereld.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 5 - Salvador da Bahia - Rio de Janeiro - 27 oktober-12 november 2023
1832
‘De lucht en kalme wateren van de baai wedijverden met elkaar in schoonheid’ en ‘we kwamen in een oerwoud dat op alle punten onvergelijkelijk mooi was’, schrijft Charles Darwin over Rio de Janeiro. Hij verblijft daar drie maanden en bezoekt te paard meerdere plantages, waar hij zich verbaast over de leef-en eetgewoonten en ronduit ergert aan het ‘blind eigenbelang en de zelfzucht’ van slavernij. Het grootste deel van de tijd woont hij in een huis aan de baai van Botofogo aan de voet van de Corcovado, toen op de top nog niet voorzien van het Christusbeeld Cristo Rendentor (zie: Zicht op Rio vanaf de Cacavada van Beagle-schilder Augustus Earle). Op boshellingen vindt hij maar liefst acht soorten platwormen (Planaria) die zich ‘voeden met rottend hout’. Darwin ontdekt ook een Hymenophallus, een stinkzwam die met onaangename geur kevers lokt. Dit brengt hem tot deze bespiegeling over plant-dierrelaties: ‘Wanneer de mens een nieuwe soort invoert in een land wordt de relatie vaak verstoord. Als voorbeeld daarvan wil ik meedelen dat kool- en slablaadjes, die in Engeland door zoveel slakken worden opgegeten, in de moestuinen in de omgeving van Rio onaangetast blijven.’
2023
Darwin documenteerde als laatste de aanwezigheid van brulapen in Rio de Janeiro, maar sinds 2015 zijn vier bruine brulapen (Alouatta guariba) geherintroduceerd in het Nationaal Park Tijuca, dat ook de Corcovado omvat. Eerder is dat ook voor de inheemse goudhaas Dasyprocta punctata gelukt en er zijn ook plannen voor herintroductie van kinkajoes (rolstaartberen), luiaards en de bedreigde gouden leeuwaapjes of tamarins (Leontopithecus rosalia, foto). Deze soort raakte in Brazilië meer dan 95 procent van zijn oorspronkelijke habitat aan regenwoud kwijt en het Darwin 200-team volgt de inspanningen van Associação Mico-Leão-Dourado (AMLD, micoleao.org.br) om leeuwaapjes voor uitsterven te behoeden. De aantallen in het wild stegen in dertig jaar weer van zo’n 600 tot 3.700, tot in 2017 door gele koorts de populatie weer met een derde afnam. AMLD zet daarom nu een speciaal ontwikkeld vaccin in, een zeldzaam voorbeeld van vaccinatie van dieren in het wild. Tip: op 12 november is in Rio een Darwin Dag rond herbebossing met botanicus, Darwin200-beschermvrouw en achterachterkleindochter Sarah Darwin via het YouTube-kanaal van Darwin200 te volgen.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 4 - Fernando de Noronha - Salvador da Bahía - 9-17 oktober 2023
1832
‘Het was een verrukkelijke dag. Verrukking op zichzelf is echter een zwak woord om de gevoelens uit te drukken van een natuuronderzoeker die voor het eerst in zijn eentje door een Braziliaans woud heeft kunnen dwalen’, schrijft Charles Darwin over zijn eerste uitstapje op het vasteland van Zuid-Amerika. ‘De sierlijke grassen, de ongewone woekerplanten, de prachtige bloemen, het glanzende groen van het gebladerte, alles vervulde me met bewondering. (...) Het lawaai van de insecten is zo luid dat men het zelfs kan horen aan boord van een schip dat honderden meters uit de kust voor anker ligt, en toch lijkt diep in het woud een volstrekte stilte te heersen’.
Hij raakt in Salvador (zie illustratie van reisschilder Augustus Earle) voor het eerst fel in debat met kapitein FitzRoy over het onrecht van slavernij, waardoor hij bijna van het schip wordt gezet. Een belangrijke waarneming doet Darwin aan de kust aan de egelvis Diodon antennatus (nu: Chilomycterus antennatus ). Hij merkt op dat deze ook in opgeblazen toestand goed kan zwemmen al gaat de vis daarbij door het veranderde drijfvermogen ‘ondersteboven drijven’.
2023
Ok bij Salvador da Bahía gaat het Darwin200-team weer in zee met ngo Tamar – van Tartarugas Marinhas (zeeschildpadden) – die daar broedplaatsengebieden van onechte karetschildpadden (Caretta caretta) en warana’s of dwergschildpadden (Lepidochelys olivacea) beschermt. Salvador ligt op het schiereiland Baia de Todos os Santos, dat wordt omzoomd door mangrovebossen. Die worden bedreigd door stadsuitbreiding en vestiging van kwekerijen van onder meer garnalen. In 2019 veroorzaakte een lekkende tanker met ruwe olie uit Venezuela een enorme milieuramp voor de Braziliaanse kust. De gevolgen hiervan voor dit kwetsbare gebied worden onder meer bestudeerd door de Universidade Federal da Bahia. Daarnaast werken natuurbeschermers aan herbeplanting van mangrove. Die zijn in Brazilië in 2002 wettelijk aangewezen als permanente beschermingszones. De poging van de voormalige Braziliaanse president Bolsonaro om deze bescherming in te trekken is in 2020 door een federale rechter geblokkeerd. Rond Salvador da Bahía ligt een ecozone van tweeduizend vierkante kilometer met zowel rode mangrove (zie foto), zwarte mangrove als witte mangrove, waarin veel jonge vis, schaaldieren, zeeschildpadden en vogels leven.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 3 - Kaapverdië - Fernando de Noronha - 20 september-1 oktober 2023
1832
‘De net 23 jaar oud geworden Darwin bracht op 20 februari ‘een heerlijke dag door met dwalen door het bos’ op het hoofdeiland Fernando de Noronha van de kleine vulkanische en gelijknamige archipel. ‘Het hele eiland vormt één bos en dit is zo nauw verweven dat het grote inspanning vergt om er doorheen te kruipen’, aldus Darwin, die signaleert dat er magnolia’s, laurierstruiken en bomen met delicate vingerhoedskruidachtige bloemen groeien. Ondanks zijn ultrakorte bezoek en verslag beschrijft Darwin hier een situatie die al spoedig verloren gaat.
Het afgelegen eiland werd toen al als strafkolonie gebruikt en – om te voorkomen dat gevangenen op zelfgebouwde vlotten ontsnappen – later in de 19de eeuw bijna volledig ontbost. De vegetatie op het eiland, sinds 1988 voor tweederde nationaal park, is nog steeds bezig zich hiervan te herstellen. Een bijzondere vlinderbloemige ‘koraalboom’, die Darwin wellicht ook heeft gespot, is de mulungu (Erythrina velutina). Die bloeit kort en wordt op dit eiland bestoven door drie endemische vogels – de Noronhaduif (Zenaida auriculata noronha), vireo (Vireo gracilirostris) en elaenia (Elaenia ridleyana) – en de inheemse Noronha skink (Trachylepis atlantica, zie foto).
2023
Het Braziliaanse Fernando de Noronha is nu een paradijselijke bestemming voor duikers, snorkelaars en toeristen. De archipel en koraaleiland Atol das Rocas zijn in 2001 door Unesco op de Werelderfgoedlijst geplaatst. De omringende wateren zijn belangrijke paai- en voedergebieden van tonijnen, haaien, schildpadden en zeezoogdieren en op de eilanden leeft de grootste concentratie tropische zeevogels in de West-Atlantische Oceaan. Het Darwin200-team bezoekt het Projecto Golfinho Ratador rond de acrobatische langsnuit- of spinnerdolfijn (Stenella longirostris) en projecten voor haaien, rifvissen, koraalriffen en octopussen.
Het eiland Fernando de Noronha zelf kampt vooral met problemen door invasieve soorten, waaronder veel narigheid rond de Teju-hagedis (Salvator merianae), nota bene in de jaren vijftig bewust geïntroduceerd om invasieve ratten te bestrijden. Deze tot wel 1,5 meter grote, dagactieve hagedis keerde zich niet zozeer tegen nachtactieve ratten, maar vergrijpt zich ook aan eieren (zie foto) en kuikens van zeevogels en aan pas uit het ei gekropen zeeschildpadjes op stranden. De ngo TAMAR – van Tartarugas Marinhas (zeeschildpadden) – zet zich in om die broedgebieden te beschermen.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 2 - Tenerife-Kaapverdië - 3-11 september 2023
1832
‘Een kind met nieuw speelgoed had niet blijer kunnen zijn’, schrijft Beagle-kapitein Robert FitzRoy over Charles Darwins eerste excursie op een tropisch eiland. Op 16 januari 1832 gaat hij aan land bij de havenstad Praia op het Kaapverdische eiland Santiago (toen: St. Jago) en maakt tijdens zijn bezoek van 21 dagen vooral veel notities over de geologie van dit eiland, als ‘interessantste onderdeel van zijn natuurlijke historie’.
De ontmoeting op Kaapverdië die op hem de meeste indruk maakt is die met een constant van kleur veranderende octopus in een getijdenpoeltje. ‘Deze inktvis toonde zijn kameleontische vermogen zowel tijdens het zwemmen als wanneer hij stil op de bodem lag. Ik vermaakte me kostelijk over de verschillende manieren waarop een van deze inktvissen ontdekking probeerde te vermijden – het dier leek heel goed te weten dat ik het in het oog hield’, aldus Darwin. Een octopus – mogelijk het exemplaar dat zich nu in de collectie van het Natural History Museum in Londen bevindt (foto) – blijkt hem even later vanuit een poeltje te bestoken met een straaltje water.
2023
Het Darwin200-team bezoekt projecten van de Kaapverdische ngo’s Biosfera en Terrimar op en rond de bovenwindse eilanden Saõ Vicente en Santo Antão. Naast projecten over endemische flora en de invloed van visserij en toerisme op haaien, roggen en zeeschildpadden is er ook aandacht voor de unieke, endemische vogels van Kaapverdië. Zo lijkt er sprake van succesvolle herintroductie van de razoleeuwerik (Alauda razae) op het onbewoonde vulkanische eiland Santa Luzia. Met leeuweriken van het piepkleine eilandje Razo, waar deze soort wist te overleven. Het nabijgelegen Santa Luzia is kat- en ratvrij gemaakt en in 2020 telden onderzoekers daar weer negen nesten en vijftig razoleeuweriken.
De in Rotterdam geboren beroemde Britse vogelillustrator John Gerrard Keulemans (1842-1912) portretteerde de razoleeuwerik in 1898 (zie illustratie). Keulemans ging voor het Rijksmuseum van Natuurlijke Historie in Leiden (nu: Naturalis) op expeditie naar West-Afrika en beschreef in 1866 als eerste de Kaapverdische rietzanger (Acrocephalus brevipennis), een iconische endemische soort die tot 2012 het 1000-escudobiljet van Kaapverdië sierde.
Van 2023 tot 2025 vaart het Nederlandse zeilschip de Oosterschelde in 32 etappes de Darwin200 Global Voyage om bijna twee eeuwen na Darwins wereldreis te inventariseren hoe natuur en milieu er wereldwijd voorstaan.
ETAPPE 1 - Plymouth - Tenerife - 14-26 augustus 2023
1832
Tenerife bezorgde Darwin misschien wel de grootste teleurstelling van zijn bijna vijfjarige Beaglereis. Hij had als student in Cambridge al geprobeerd een expeditie naar dit Canarische eiland op te zetten om in navolging van zijn held Alexander von Humboldt de vulkaan El Teide te beklimmen en El Drago Milenario met eigen ogen te aanschouwen. Zulke reusachtige drakenbloedbomen (Dracaena draco, illustratie) konden volgens Von Humboldt zelfs meer dan duizend jaar oud worden. Toen de continu zeezieke Darwin op 6 januari 1832 met de Beagle de haven van Sante Cruz op Tenerife bereikte, kreeg kapitein Robert FitzRoy echter het bericht dat ze vanwege een cholera-uitbraak in Engeland twaalf dagen in quarantaine moesten. Hij lichtte daarop meteen de ankers en zette koers naar Kaapverdië. Volgens FitzRoy een ‘ware ramp’ voor Darwin, maar een schrale troost is wellicht dat drakenbloedbomen aanzienlijk minder oud dan duizend jaar zijn. Juist de Canarische cederboom (Juniperus cedrus), op een steile helling van El Teide, is met 1.481 jaar de oudste boom op Tenerife én van de Europese Unie (The Scientific Naturalist, 2022).
2023
Anno nu, vormen toerisme met zes miljoen vakantiegangers per jaar en soms ook illegale bouwpraktijken een belangrijke bedreiging voor de natuur op Tenerife, constateert geoloog Jaime Coello Bravo, directeur van de naar twee beroemde vulkanologen genoemde stichting Telesforo Bravo Juan Coello. Betonnen constructies aan de kust zorgen voor fragmentatie van natuurgebieden met ook geluid- en lichtvervuiling tot gevolg. Het Darwin200-project schenkt ook aandacht aan het plantaardig leven op El Teide, dat steeds meer hoogte zoekt vanwege opwarming, en voor de invloed van droogte door wateronttrekking op de endemische en bijna uitgestorven blauwe vink (Fringilla teydea) en de Canarische ondersoort van de grote bonte specht (Dendrocropos major canariensis). Terwijl in de kustwateren van Tenerife vooral de toegenomen populariteit aan dolfijn- en walvisspotten door toeristen de nodige zorgen baart. Een populair zeezoogdier waarop rond de Canarische eilanden wordt ‘gejaagd’ is de kortvin-griend (Globicephala macrorhynchus, foto), die met meer dan vierhonderd geïdentificeerde individuen een van de weinige residentiële griendenpopulaties ter wereld vormt. Massatoerisme zorgt voor verstoring en kan het voortbestaan van deze unieke populatie in gevaar brengen.
Zie ook:
-Darwin200-website
-Vaarschema Oosterschelde
-Volg het schip
-Verslag Darwin200-reis
-‘We creëren 's werelds opwindendste klaslokaal’ (Interview met Stewart McPherson, initiatiefnemer Darwin200, 2 juli 2022)
-Schip de Oosterschelde vaart 2 jaar lang Darwin achterna
(AD, 3 augustus 2023)
-‘Laat Galapagos niet de weg gaan van Hawaii’ (Interview met Rakan Zahawi, directeur Charles Darwin Research Station, 13 september 2024)
-'We are bringing incredible young conservationists from different parts of the world to the ports that Charles Darwin visited' (Interview met Steward McPherson, SBS Nederland, 19 november 2024)